donderdag 7 mei 2009

Raadsverkiezingen DDR: begin val Berlijnse Muur


Op 7 mei 1989 waren er gemeenteraadsvergaderingen in de DDR. De Oost-Duitse mochten slechts JA of NEE zeggen tegen de “Kandidaten van het Nationalen Front”, waarin diverse door de communistische partij goedgekeurde partijen en massaorganisaties samenwerkten. “De president houdt verkiezingen. Met slechts één partij. Hij haat onzekerheid”, zong Herman van Veen al lang geleden. Ik weet overigens niet of hij het ook op zijn tournees door de DDR zong.

“Briefjes vouwen”, noemden kritische Oost-Duitsers hun verkiezingen. Er stond weliswaar een kieshokje, maar de kiezers die daar instapten werden onmiddellijk door het personeel van het kieslokaal geregistreerd. En dat kwam je verdere loopbaan niet ten goede.

De gemeenteraadsverkiezingen van 7 mei 1989, vandaag dus twintig jaar geleden, vormden een ommekeer in de DDR, omdat de oppositiegroepen voor het eerst luid tot een boycot opriepen. Bovendien organiseerden ze in enkele grote steden exit polls met het doel om verkiezingsfraude te bewijzen. Het verschil tussen de verschillende uitslagen was enorm: “98,85% stemde op de kandidaten van het Nationale Front”, jubelde de partijkrant Neues Deutschland op 8 mei (zie onder), maar de oppositie had het heel anders gezien en gedocumenteerd.

Zoveel protest tegen het verkiezingsbedrog was nieuw in de DDR. Een maand na de verkiezingen demonstreerden in Oost-Berlijn 200 mensen tegen de gang van zaken. Een bescheiden aanvang, maar de tijd leek rijp voor grootschalig protest. De verkiezingsdag van twintig jaar geleden is te beschouwen als het begin van de val van de Muur.

Erik de Graaf

Geen opmerkingen:

Een reactie posten