Warffum is gebouwd op een wierde, die 2500 jaar
geleden door de eerste bewoners werd opgeworpen tegen het hoge water van de
Waddenzee. De Warffumer wierde is de grootste van Nederland (500 x 500 meter)
en de hoogste van Groningen (5,75 meter). Al sinds de twaalfde eeuw staat de
kerk bovenop de wierde. Tot op de dag van vandaag is de Middeleeuwse structuur
van het dorp goed zichtbaar.
Geen wonder dat Warffum een beschermd dorpsgezicht
kent. Je mag er om archeologische en cultuurhistorische redenen niet in graven
en je mag er ook niet zomaar op bouwen wat je wilt. Logisch toch? Sinds
anderhalf jaar erger ik me grenzeloos aan een schutting in het Zuiderkerkpad,
die als je vanaf de haven de wierde opwandelt het uitzicht op de oude kerk
verprutst. Hoe is het mogelijk dat de gemeente toestemming voor dat “bouwwerk”
heeft gegeven, dacht ik steeds.
Vorige week hoorde ik dat er helemaal geen toestemming
is verleend. De bewoner heeft de schutting plompverloren neergezet. Omwonenden
hebben geklaagd. De gemeente is wezen kijken en heeft de eigenaar van de
schutting verordonneerd het “bouwwerk” te verwijderen. Met een dwangsom voor
elke maand dat de schutting toch bleef staan. Maar de schutting staat er nu nog
steeds. De bouwer nam een advocaat bij de hand, die de gemeente bewoog van haar
beleidsregels af te wijken. Ten koste van het beschermde dorpsgezicht, maar ook
ten koste van omwonenden die zich terecht groen en geel ergeren aan het
“bouwwerk”.
Twee weken geleden hebben de “bouwer” en de
gedupeerden om tafel gezeten om op initiatief van de gemeente een compromis te
zoeken. Dat kan dan weer de basis voor nieuw gemeentelijk beleid vormen, werd
bij die gelegenheid gezegd. Hoe zal dat eruit gaan zien? Een halve schutting?
Halve cultuurhistorie? Het is toch van de zotte dat een gemeente haar beleid
laat bepalen door compromissen van contrahenten, waarvan er een al behoorlijk
druk heeft gezet met een advocaat. Dat is slecht voor het beschermde dorpsgezicht,
voor de cultuurhistorie en misschien ook nog wel funest voor de verhoudingen
tussen omwonenden.
Laat de gemeente zich gewoon aan het bestaande bestemmingsplan
houden en de dorpsgezicht beschermen. Weg die schutting!
Erik de Graaf
PS: van 1894 tot 1943 woonden Eisse Toonder en Martje Toonder-Postema
in het huis aan het Zuiderkerkpad 7. Martje was de grootmoeder van de schrijver-striptekenaar Marten Toonder.
Eisse is de stiefopa. De foto is in 1934 bij hun huis genomen bij het
50-jarige huwelijk van de Toonders. Tegenwoordig zouden ze geen uitzicht meer
hebben (zie foto 2).
In moderne nieuwbouwwijkjes vind ik zo'n schutting ook al een aanfluiting.
BeantwoordenVerwijderenMaar in deze situatie past een schutting al helemaal niet.
Misschien dat een rondleiding met uitleg over de rijke historie van de omgeving iets kan verduidelijken?
Vriendelijke groet,
Ik heb hierover schriftelijke vragen ingediend bij het college want als er regels zijn dan moeten die ook gehandhaafd worden. Ben benieuwd naar de antwoorden!
BeantwoordenVerwijderenHoe jammer het ook is voor die mensen die graag naar de toren willen kijken; die mensen hebben toch ook gewoon recht op wat privacy in je tuin? Lijkt me verschrikkelijk om in een dorp te wonen waar iedereen zich zo erg met jouw zaken bemoeit, laat staan dat ze ook nog allemaal perse in jouw tuin willen kijken.
BeantwoordenVerwijderenOnze gemeente is trots op het beschermd dorpsgezicht “Het museumdorp aan de waddenkust”. De praktijk is, dat er zeer weinig toezicht wordt gehouden en nauwelijks gehandhaafd wordt. Dit leidt tot onduidelijkheden bij de bewoners binnen de kern.
BeantwoordenVerwijderenIndien bewoners in de kern willen wonen, dienen deze zich te realiseren wat wel en niet kan. Een beschermd dorpsgezicht kent nu eenmaal beperkingen. Het betekent eenvoudig, dat verbouwingen, aanpassingen e.d. niet vrij van regels zijn. Er bestaan allerlei nota’s, visies, bestemmingsplannen en onderzoeken, waarvoor veel geld is uitgegeven. Deze zijn via de gemeentewebsite in te zien. Daarnaast zijn er diverse partijen zoals landschapsbeheer, welke zich met o.a. kerkpaden bezighouden.
Ik verwijt de gemeente, en deze weet dat ook van mij, dat zij de (nieuwe) bewoners niet voldoende, dan wel in het geheel niet, wijst op bovenstaande. Het is bedroevend, te ervaren dat er kennelijk geen actief beleid is m.b.t. toezicht, handhaving en behoud van het verworven dorpsgezicht en voornamelijk de kerkpaden. Ik vraag mij werkelijk af, hoeveel lef de gemeente heeft om de wantoestanden aan te pakken.
Bij percelen binnen de kern en met name aan de kerkpaden is, door de jaren heen, erg veel incorrect veranderd. Kijk om u heen en zie dat er nieuwe gevels voor oude worden gezet, er kunststof kozijnen en dakkapellen worden geplaatst, woningen samengevoegd worden, erfafscheidingen verplaatst, panden verpauperen enz. Ik vind dat persoonlijk afbreuk doen aan het culturele erfgoed.
De gemeente laat het gewoon gebeuren,“zolang het goed gaat is het prima”. Dan gebeurt het, dat bewoners onjuiste keuzes maken m.b.t. materialen bij bouwwerken, erfafscheidingen, aanvragen e.d. Bij commentaar op het handelen van deze, wijzen zij naar misstanden elders in de omgeving. Echter, je zal maar op de wierde, aan een kerkpad wonen en plotseling tegen een muur van harde- en verkeerde materialen kijken.
Het besef ontbreekt gewoonweg, dat wij hier te maken hebben met historische paden binnen een beschermde kern en hier sprake is van de voorzijde van een woning, aan een straatzijde. Onbegrijpelijk is het overigens, dat een schutting verwijderd dient te worden en deze er, ondanks een officiële weigering van de aanvraag, nog altijd staat. Zelfs inzake de erfgrenzen bestaat bij onze gemeente geen duidelijkheid.
Tot slot is het spijtig dat er personen zijn welke anoniem reageren. Ik spreek de wens uit bij verschillen van inzicht, open met elkaar van gedachten te wisselen. Of bespreek dit gedurende het politieke café op 12 maart 2014.
Ruud van Dregt