Toen ik aan het begin van de jaren tachtig een poosje in Amsterdam woonde kocht ik er mijn Duitse boeken. Niet veel, want daar had ik het geld niet voor. Ik beschouwde boekwinkels als boekenmusea. Kijken, kijken, later kopen… Of lenen. Van iemand die het wel had gekocht of in de bibliotheek. Toch herken ik op een reis door mijn boekenkast nog allerlei Bölls, Grass’, Wolfs en Johnsons uit de Die weiβe Rose.
De klacht over Nederlanders en de Duitse taal herken ik wel. De cijfers over het economische belang van een goede beheersing van het Duits ken ik ook. Miljarden euro’s derven we jaarlijks doordat we de onderhandelingen met onze belangrijkste economische partner onbeholpen of zelfs onbeschoft voeren. Over het feit dat meer Duitsers Nederlands studeren dan Nederlandse studenten Duits mogen we ons ook wel achter de oren krabben.
Toch moest ik vanavond bij het lezen van het artikel in de NRC denken aan mijn favoriete boekhandel Godert Walter in Groningen. Vorige week constateerde ik dat de afdeling Duitse literatuur daar almaar uitbreidt. Duitse ontlezing of niet, in Groningen groeit het aanbod. Bovendien was het weer reuze-inspirerend om met eigenaar Erik Kweksilber de Duitse leeservaringen van de afgelopen tijd door te nemen.
Erik de Graaf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten