Vervalsen is niet zo'n fraaie bezigheid, maar een meestervervalser heeft wel wat in zijn mars. Vandaag werd bekend dat Clifford
Irving vlak voor de kerst op 87-jarige leeftijd is overleden. Toen hij in 1968
een boek over de Hongaarse meestervervalser Elmyr de Hory schreef kwam hij op het idee om
de autobiografie van Howard Hughes te schrijven. Zonder zijn medeweten. Dat
ging mis.
In een ruige versie van mijn
boek over Marten Toonder senior had ik een paar alinea’s aan Clifford Irving
gewijd, die ik uit het uiteindelijke manuscript schrapte. Aanleiding was het
hoofdstuk over Johannes Eterman, de vibrerende kunstenaar die als Terpen Tijn
in de Bommelverhalen van Seniors zoon Junior onsterfelijk werd. Eterman schilderde
Oude Meesters, die hij voorzien van echtheidscertificaten voor veel geld
verkocht. “Geen vervalsingen”, schreef Marten Toonder junior vergoelijkend in
zijn autobiografie, “maar originelen, geschilderd met verven die hij zelf
gemaakt had volgens de recepten van de Ouden”.
Jan Gerhard Toonder, ook
een zoon van Senior en broer van Junior, schreef in 1976 naar aanleiding van
zijn ervaringen met Eterman een stuk over meestervervalsers, die hij
persoonlijk had gekend. In de jaren vijftig woonde Jan Gerhard Toonder grote
delen van het jaar op Ibiza. Daar leerde hij Elmyr
de Hory kennen, die zelfgemaakte werken van Picasso, Matisse, Braque en Modigliani
verkocht. Clifford Irving, die ook een huis op Ibiza had, vond dat wel een inspirerend
verhaal en schreef in 1969 Fake! The
story of Elmyr de Hori, the Greatest Forger of our time.
Het inspireerde Irving om met Richard Suskind de autobiografie van de mysterieuze Amerikaanse miljardair
Howard Hughes schreef. Ze putten uit oude artikelen over het wilde leven van
Hughes en de rest verzonnen ze. Een uitgever bood een miljoen dollar, nadat
Irving hem op de mouw had gespeld dat Hughes aan zijn levensverhaal meewerkte. De
schrijvers rekenden erop dat Hughes nooit zou reageren. De excentrieke miljardair leefde al sinds 1958 als een kluizenaar, die nergens meer op
reageerde. Het bleek een misvatting. In 1972 meldde Hughes telefonisch dat hij
Irving en Suskind nooit had ontmoet. Tot zijn dood in 1976 zweeg Hughes verder.
De autobiografie van Howard Hughes ging de geschiedenis in als het "beroemdste ongepubliceerde boek van de twintigste eeuw." Irving werd uiteindelijk
tot tweeënhalf jaar gevangenis veroordeeld, waarvan hij er zeventien uitzat. Suskind bromde vijf maanden. In 2005 werd de zwendel van
Irving verfilmd in The Hoax
met Richard Gere in de hoofdrol. De film werd positief ontvangen, behalve door
Irving. Hij noemde het een
vervalsing van een vervalsing.
Dat De Hory, Irving en ook eerder ook Van Meegeren tegen
de lamp liepen kwam volgens Jan Gerhard Toonder doordat ze behalve intelligent
en getalenteerd ook eerzuchtig en ijdel waren. Dat was volgens hem een verschil met
Eterman, die als een ware Terpen Tijn “geestelijk helemaal vrij” wilde zijn en niet
door materiële rijkdom overmoedig werd. Hij bleef gewoon in zijn bovenwoninkje aan de Haagse Johan van Hoornstraat wonen.
Erik de Graaf
Erik de Graaf