Wat deed je op 13 december 1981, vandaag 27 jaar geleden, op de dag dat de Poolse hoop op vrijheid vervloog doordat generaal Jaruzelski met Russische achterwacht de noodtoestand afkondigde? Het was een zondag en buiten was het koud. Vlak na twaalven zette ik de radio aan. Net te laat voor het nieuws, maar na de eerste woorden wist ik wat er aan de hand was. Het hing tenslotte al een poosje in de lucht. “… noodtoestand … nieuwe militaire raad …” Er mag nu geen bloed meer vloeien, zei de Poolse paus in een eerste reactie. Ik dacht aan mijn vrienden in Poznan en in Lodz. Aan mijn laatste bezoek, een half jaar eerder. Aan de openheid van de mensen, de vrolijkheid, maar ook aan de spanning, de crisissfeer. De lange rijen voor slagers, de bakkers, de slijters, de sigarenwinkels en voor de loketten op het station. Twee uur duurde het voor ik een kaartje van Krakow naar Warschau veroverd had. Met Malgorzata was ik vanuit Lodz naar Lowicz gereden om een katholieke processie te bekijken. Moest ik zien, vond ze, om van mijn vooroordelen af te komen. En ik zag mensen op hun knieën en kruizen slaand voor passerende priesters. Ik zag portretten van Karol Woytila de Poolse papa, maar ook een kruis voor de vrije vakbond Solidarnosc onder de preekstoel. Katholieke contra-revolutie. De katholieke macht, die op 13 december onderdrukt werd, voorlopig onderdrukt werd.
Op die druilerige dertiende december 1981 dacht ik ook aan mijn Oost-Berlijnse vriend Achim, die me in oktober nog had gezegd te vrezen als Oost-Duits reserve-officier naar Polen te worden gestuurd. Hij zou het verrekken, had hij me verkondigd. Hij zou weigeren als Duits militair oostwaarts te trekken, maar de gevolgen voor zichzelf kon hij niet overzien. Desertie in oorlogstijd? Gewoon weigeren werd al hard genoeg gestraft. Gelukkig voor Achim deden de Polen het zelf. Onder leiding van generaal Jaruzelski en onder druk van het Kremlin. Elk jaar denk ik op 13 december even terug aan die dag, nu 27 jaar geleden.
Erik de Graaf
zaterdag 13 december 2008
woensdag 3 december 2008
Bevolkingskrimp & woningbouw
Prachtige bruggen vormen verbindingen naar doodlopende straatjes in een nieuwbouwplan in Warffum. Maar de straten blijven voorlopig onbebouwd, want er worden nauwelijks kavels verkocht.
In Warffum gaat het om tweeënzeventig kavels in het plan De Laan-Zuid. Acht huurwoningen voor senioren zijn bijna klaar. Op de overige 64 beschikbare kavels zijn momenteel vier koopwoningen in aanbouw. Veel meer zit er nog niet aan te komen. Op Funda staan momenteel 35 woningen in Warffum te koop. Voor een belangrijk deel van huiseigenaren die graag naar de nieuwbouw willen verhuizen. Voorwaarde is wel de verkoop van hun oude huis. Maar aan wie?
In Uithuizen is de situatie niet veel gunstiger in het plan Almersma. Van de 61 kavels worden er twaalf door een woningcorporatie bebouwd. Op de 49 overige kavels zijn er een stuk of acht zichtbaar verkocht. De woningen worden bewoond of zijn in aanbouw. Daarvan drie van de twaalf op een drie jaar geleden met veel bombarie aangekondigde nepwierde.
Het is kredietcrisis. De woningmarkt plukt daarvan de wrange vruchten. Maar er is meer aan de hand. Krimp, dat wil zeggen dat de bevolking in Noord-Groningen almaar sneller afneemt. Moeilijk te accepteren voor bouwlustige gemeentebesturen, die de krimp lange tijd bagatelliseerden of zelfs ontkenden. Warffum en Uithuizen staan niet op zich, maar zijn voorbeelden van wat in veel andere gemeenten ook gebeurt. Prachtige landelijke plekken worden omgetoverd in lege, maar bouwrijpe vlaktes. Zonde!
En nu, eindelijk, wordt het paard achter de wagen gespannen. De gemeente Eemsmond heeft met de buurtgemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum een onderzoek aangekondigd naar de leegloop van de Eemsmondgemeenten. Beetje laat.
Erik de Graaf
In Warffum gaat het om tweeënzeventig kavels in het plan De Laan-Zuid. Acht huurwoningen voor senioren zijn bijna klaar. Op de overige 64 beschikbare kavels zijn momenteel vier koopwoningen in aanbouw. Veel meer zit er nog niet aan te komen. Op Funda staan momenteel 35 woningen in Warffum te koop. Voor een belangrijk deel van huiseigenaren die graag naar de nieuwbouw willen verhuizen. Voorwaarde is wel de verkoop van hun oude huis. Maar aan wie?
In Uithuizen is de situatie niet veel gunstiger in het plan Almersma. Van de 61 kavels worden er twaalf door een woningcorporatie bebouwd. Op de 49 overige kavels zijn er een stuk of acht zichtbaar verkocht. De woningen worden bewoond of zijn in aanbouw. Daarvan drie van de twaalf op een drie jaar geleden met veel bombarie aangekondigde nepwierde.
Het is kredietcrisis. De woningmarkt plukt daarvan de wrange vruchten. Maar er is meer aan de hand. Krimp, dat wil zeggen dat de bevolking in Noord-Groningen almaar sneller afneemt. Moeilijk te accepteren voor bouwlustige gemeentebesturen, die de krimp lange tijd bagatelliseerden of zelfs ontkenden. Warffum en Uithuizen staan niet op zich, maar zijn voorbeelden van wat in veel andere gemeenten ook gebeurt. Prachtige landelijke plekken worden omgetoverd in lege, maar bouwrijpe vlaktes. Zonde!
En nu, eindelijk, wordt het paard achter de wagen gespannen. De gemeente Eemsmond heeft met de buurtgemeenten Delfzijl, Appingedam en Loppersum een onderzoek aangekondigd naar de leegloop van de Eemsmondgemeenten. Beetje laat.
Erik de Graaf
zaterdag 29 november 2008
Boris Ryzji uit IJzerschrootwijk
Eisenhüttenstadt, Nowa Huta, Vtortsjormet… Het zijn kille industriële woonprojecten uit het stalinistische Oost-Duitsland, Polen en de Sovjetunie. Ze werden in de gangbare sociaalrealistische traditie gebouwd om de arbeiders in de ijzer- en staalindustrie onder te brengen. Socialistische zelfmoorddozen noemde Gerard Reve dergelijke flats.
Eisenhüttenstadt heette tot 1961 Stalinstadt, zolang nog. De besnorde Georgiër was al acht jaar dood en stond officieel al sinds Chroesjtsjovs destalinisatierede van 1956 buitenspel. Nowa Huta is in de jaren zeventig schitterend geportretteerd door de Poolse regisseur Andrzej Wajda in de film De man uit marmer.
De derde naam in het rijtje is Vtortsjormet. Het is geen stad, maar een buitenwijk van de stad Sverdlovsk, tegenwoordig weer Jekaterinburg. Vtortsjormet is een afkorting voor IJzerschrootwijk. Kunt u het zich voorstellen om in IJzerschrootwijk op te groeien? Aanstaande maandag wordt op Nederland 2 een documentaire film uitgezonden over de Russische dichter Boris Ryzji, die uit IJzerschrootwijk kwam.
Schitterende gedichten levert zo’n achtergrond op. De fanfarepunkband De Kift zette er twee jaar geleden een paar op CD. Het prachtige Tot Slot, bijvoorbeeld. De dichter zelf maakt het allemaal niet meer mee. In 2001 pleegde hij op 26-jarige leeftijd zelfmoord. Reve had toch weer gelijk.
Vergeet aanstaande maandag niet te kijken. Het begint om 23.15 uur.
Erik de Graaf
Eisenhüttenstadt heette tot 1961 Stalinstadt, zolang nog. De besnorde Georgiër was al acht jaar dood en stond officieel al sinds Chroesjtsjovs destalinisatierede van 1956 buitenspel. Nowa Huta is in de jaren zeventig schitterend geportretteerd door de Poolse regisseur Andrzej Wajda in de film De man uit marmer.
De derde naam in het rijtje is Vtortsjormet. Het is geen stad, maar een buitenwijk van de stad Sverdlovsk, tegenwoordig weer Jekaterinburg. Vtortsjormet is een afkorting voor IJzerschrootwijk. Kunt u het zich voorstellen om in IJzerschrootwijk op te groeien? Aanstaande maandag wordt op Nederland 2 een documentaire film uitgezonden over de Russische dichter Boris Ryzji, die uit IJzerschrootwijk kwam.
Schitterende gedichten levert zo’n achtergrond op. De fanfarepunkband De Kift zette er twee jaar geleden een paar op CD. Het prachtige Tot Slot, bijvoorbeeld. De dichter zelf maakt het allemaal niet meer mee. In 2001 pleegde hij op 26-jarige leeftijd zelfmoord. Reve had toch weer gelijk.
Vergeet aanstaande maandag niet te kijken. Het begint om 23.15 uur.
Erik de Graaf
zaterdag 22 november 2008
Kennedy's erfenis
Vandaag is het 45 jaar geleden dat John F. Kennedy op 46-jarige leeftijd werd vermoord. Kort daarop kochten mijn ouders een schommelstoel. Een eenvoudig exemplaar. Sober, dus prima passend in het al even sobere interieur van onze nieuwe maisonette aan het begin van de jaren zestig.
“Het is ons deel van de erfenis van Kennedy”, grapten mijn ouders vaak tegen bezoek dat onze nieuwe schommelstoel bewonderde. Met de moord op de Amerikaanse president was de hoop op een nieuwe tijd vervlogen. Dat die er toch aankwam werd even niet waargenomen. Wel dat zo’n schommelstoel goed was tegen rugklachten. JFK had er tenslotte in al zijn huizen één staan om zijn rugpijn te verlichten.
Kennedy’s erfenis heb ik ooit uit mijn ouderlijk huis meegekregen naar mijn eerste studentenkamer. Sindsdien is de schommelstoel in etappes via Delft, Amsterdam, West-Berlijn en Groningen naar Warffum verhuisd. Daar staat ie nu in een hoekje van mijn werkkamer. Er zit tegenwoordig een enkel spijltje los, maar met een beetje lijm is dat te verhelpen.
Erik de Graaf
“Het is ons deel van de erfenis van Kennedy”, grapten mijn ouders vaak tegen bezoek dat onze nieuwe schommelstoel bewonderde. Met de moord op de Amerikaanse president was de hoop op een nieuwe tijd vervlogen. Dat die er toch aankwam werd even niet waargenomen. Wel dat zo’n schommelstoel goed was tegen rugklachten. JFK had er tenslotte in al zijn huizen één staan om zijn rugpijn te verlichten.
Kennedy’s erfenis heb ik ooit uit mijn ouderlijk huis meegekregen naar mijn eerste studentenkamer. Sindsdien is de schommelstoel in etappes via Delft, Amsterdam, West-Berlijn en Groningen naar Warffum verhuisd. Daar staat ie nu in een hoekje van mijn werkkamer. Er zit tegenwoordig een enkel spijltje los, maar met een beetje lijm is dat te verhelpen.
Erik de Graaf
vrijdag 21 november 2008
Stasi in de aanval
Voormalige Stasi-spionnen gaan steeds vaker in de aanval. Hun slachtoffers van de Oost-Duitse geheime dienst uit de DDR-tijd, maar ook kranten, uitgeverijen en historische instituten, worden aangeklaagd om te voorkomen dat hun eigen namen in de openbaarheid komen. Bijna twintig jaar na de val van de Muur eisen ze hun “recht op vergeving of vergeten” op.
Voor veel slachtoffers van de Stasi is de val van de Muur nog “slechts” twintig jaar geleden. Ze staan pas aan het begin van hun verwerkingsproces. Fritz Schaarschmidt werd tussen 1986 en 1989 het leven zuur gemaakt, nadat hij voor zijn hele gezin een uitreisvisum naar het westen had aangevraagd. Zijn vrouw bezweek onder de druk en sprong voor de trein. Nog niet zo lang geleden begon Schaarschmidt een website om zijn verhaal kwijt te kunnen. Onlangs ontvang hij een brief van een advocaat, die Schaarschmidt dwong de naam van een verantwoordelijke Stasi-man van zijn site te halen op straffe van 10.000 euro.
Ook kranten, uitgeverijen en televisieprogramma’s kampen met het probleem. Op het noemen van namen volgt onmiddellijk een dwangbevel. De juridische druk heeft al tot gevolg gehad dat gerenommeerde uitgeverijen uit voorzichtigheid namen van daders anonimiseren. Intussen heeft een rechtbank in Berlijn het een weekblad verboden de namen van een Stasi-spion te noemen en probeert een Stasi-echtpaar binnenkort voor een Hamburgse rechtbank voor elkaar te krijgen dat hun namen uit de voetnoten van een wetenschappelijke publicatie geschrapt worden.
Het moet niet veel gekker worden. De individuele verwerking van slachtoffers van het DDR-regime wordt door de juridische stappen verhinderd. Ze hebben blijkbaar niet het recht om de onderste steen boven te krijgen. De aanval van de voormalige Stasi-spionnen is ook een aanslag op de historische waarheidsvinding. Het recht om te weten hoe het verleden in elkaar stak is inhet geding.
Erik de Graaf
Voor veel slachtoffers van de Stasi is de val van de Muur nog “slechts” twintig jaar geleden. Ze staan pas aan het begin van hun verwerkingsproces. Fritz Schaarschmidt werd tussen 1986 en 1989 het leven zuur gemaakt, nadat hij voor zijn hele gezin een uitreisvisum naar het westen had aangevraagd. Zijn vrouw bezweek onder de druk en sprong voor de trein. Nog niet zo lang geleden begon Schaarschmidt een website om zijn verhaal kwijt te kunnen. Onlangs ontvang hij een brief van een advocaat, die Schaarschmidt dwong de naam van een verantwoordelijke Stasi-man van zijn site te halen op straffe van 10.000 euro.
Ook kranten, uitgeverijen en televisieprogramma’s kampen met het probleem. Op het noemen van namen volgt onmiddellijk een dwangbevel. De juridische druk heeft al tot gevolg gehad dat gerenommeerde uitgeverijen uit voorzichtigheid namen van daders anonimiseren. Intussen heeft een rechtbank in Berlijn het een weekblad verboden de namen van een Stasi-spion te noemen en probeert een Stasi-echtpaar binnenkort voor een Hamburgse rechtbank voor elkaar te krijgen dat hun namen uit de voetnoten van een wetenschappelijke publicatie geschrapt worden.
Het moet niet veel gekker worden. De individuele verwerking van slachtoffers van het DDR-regime wordt door de juridische stappen verhinderd. Ze hebben blijkbaar niet het recht om de onderste steen boven te krijgen. De aanval van de voormalige Stasi-spionnen is ook een aanslag op de historische waarheidsvinding. Het recht om te weten hoe het verleden in elkaar stak is inhet geding.
Erik de Graaf
woensdag 19 november 2008
Kadettje gezond: de groene Opel
Het gaat niet goed met General Motors. Dat heeft zijn weerslag op Duitse Opel-fabrieken met in totaal zo’n 25.000 werknemers. De Duitse regering beraadt zich al op financiële steun, want de auto-industrie is heilig bij onze oosterburen.
Vandaag deed de zonnecellenproducent SolarWorld het verrassende voorstel om de Duitse tak van General Motors voor 250 miljoen euro over te nemen. SolarWorld zou dan ook nog eens 750 miljoen in de Duitse Opel pompen om het om te vormen tot het eerste groene autoconcern in Europa.
Zover is het nog niet. Voorwaarde van SolarWorld is dat de Duitse Opel volledig los van het Amerikaanse moederbedrijf komt te staan, wat GM niet echt (of: echt niet!) ziet zitten. Bovendien wordt nog een fikse financiële bijdrage van de Duitse overheid verwacht. Maar aantrekkelijk klinkt wel wel: de Groene Kadett of het Kadettje Gezond.
Erik de Graaf
Vandaag deed de zonnecellenproducent SolarWorld het verrassende voorstel om de Duitse tak van General Motors voor 250 miljoen euro over te nemen. SolarWorld zou dan ook nog eens 750 miljoen in de Duitse Opel pompen om het om te vormen tot het eerste groene autoconcern in Europa.
Zover is het nog niet. Voorwaarde van SolarWorld is dat de Duitse Opel volledig los van het Amerikaanse moederbedrijf komt te staan, wat GM niet echt (of: echt niet!) ziet zitten. Bovendien wordt nog een fikse financiële bijdrage van de Duitse overheid verwacht. Maar aantrekkelijk klinkt wel wel: de Groene Kadett of het Kadettje Gezond.
Erik de Graaf
maandag 17 november 2008
"Tucholsky" vertaald!
Het vermeende Tucholsky-gedicht, waarover ik gisteren schreef, kent inmiddels een Nederlandse vertaling. Höhere Finanzmathematik heet nu Hogere Geldrekenkunde en is de beste “Tucholsky”-vertaling sinds tijden. Ik zou bijna denken dat dit nu wél een echte Tucholsky is.
De vertaling is te lezen op de site van Gelkinghe. De postzegel hierboven, in 1985 uitgegeven ter gelegenheid van Tucholsky's vijftigste sterfdag, is hierboven afgebeeld als teken van echtheid.
Erik de Graaf
De vertaling is te lezen op de site van Gelkinghe. De postzegel hierboven, in 1985 uitgegeven ter gelegenheid van Tucholsky's vijftigste sterfdag, is hierboven afgebeeld als teken van echtheid.
Erik de Graaf
zaterdag 15 november 2008
Kurt Tucholsky actueel?
Op het Duitse internet is een gedicht over de kredietcrisis een grote hit. Het gedicht Höhere Finanzmathematik zou al 1930 door de linkse dichter, journalist en columnist Kurt Tucholsky na de beurskrach van 1929 zijn geschreven, maar vandaag de dag weer hoogst actueel zijn:
Wenn die Börsenkurse fallen,
regt sich Kummer fast bei allen,
aber manche blühen auf:
Ihr Rezept heißt Leerverkauf.
Het gedicht is een aanklacht tegen bankiers en speculanten, die de gewone man financieel in het nauw drijven. “Spaarders hebben niets te lachen als de beurzen krachen”, heet het in de vierde strofe. En: “der Gewinn, der bleibt privat” (bij de speculanten), maar de verliezen worden door de staat opgekocht.
Hoogst actueel, die Tucholsky uit 1930, zo schreven ook Duitse kranten. Maar hoe kan het dat hij over derivaten schrijft, terwijl die term in Tucholsky’s tijd in de financiële wereld volkomen onbekend was. Inmiddels is het een gag gebleken van een Weense blogger, die op zich geheel in Tucholsky’s stijl besloot met de waarschuwing dat het met een oorlog kon aflopen. De Oostenrijker zelf kan de verwisseling zelf niet begrijpen: “Het hele gedicht rijmt toch beter dan Tucholsky ooit voor elkaar gekregen heeft?”
Erik de Graaf
Wenn die Börsenkurse fallen,
regt sich Kummer fast bei allen,
aber manche blühen auf:
Ihr Rezept heißt Leerverkauf.
Het gedicht is een aanklacht tegen bankiers en speculanten, die de gewone man financieel in het nauw drijven. “Spaarders hebben niets te lachen als de beurzen krachen”, heet het in de vierde strofe. En: “der Gewinn, der bleibt privat” (bij de speculanten), maar de verliezen worden door de staat opgekocht.
Hoogst actueel, die Tucholsky uit 1930, zo schreven ook Duitse kranten. Maar hoe kan het dat hij over derivaten schrijft, terwijl die term in Tucholsky’s tijd in de financiële wereld volkomen onbekend was. Inmiddels is het een gag gebleken van een Weense blogger, die op zich geheel in Tucholsky’s stijl besloot met de waarschuwing dat het met een oorlog kon aflopen. De Oostenrijker zelf kan de verwisseling zelf niet begrijpen: “Het hele gedicht rijmt toch beter dan Tucholsky ooit voor elkaar gekregen heeft?”
Erik de Graaf
zondag 9 november 2008
Van Berlijnse Muur tot Autobahn
Na de val van de Berlijnse Muur op 9 november 1989 kreeg de Beierse ondernemer Winfried Prem de opdracht de hele muur te ontmantelen. Zo’n 180.000 ton beton, ruim 110 van de 160 kilometer lange muur verwerkte hij tot betonkorrels zo groot als doperwten. Ze werden hergebruikt in de Duitse wegenbouw.
In de DDR werd vaak gegrapt dat de Berlijnse Muur in feite de Autobahn naar Dresden was, die eerst nog een poosje rechtop stond te drogen. De grappenmakers wisten nog niet hoe ze gelijk zouden gaan krijgen.
Erik de Graaf
In de DDR werd vaak gegrapt dat de Berlijnse Muur in feite de Autobahn naar Dresden was, die eerst nog een poosje rechtop stond te drogen. De grappenmakers wisten nog niet hoe ze gelijk zouden gaan krijgen.
Erik de Graaf
zaterdag 8 november 2008
Obama's civil religion
“Yes, we can”. Iedere alinea van de overwinningsspeech van Obama mondde uit in de verkiezingsslogan: “Yes, we can”. Het klonk uit tienduizenden kelen als een geloofsbelijdenis: ”Yes, we can!”
Religie is belangrijk in de Verenigde Staten. Politiek succes in ondenkbaar als je religieus in opspraak raakt. McCain bezwoor de twijfels bij zijn republikeinse achterban pas door de fundamentalistische Sarah Palin als running mate te kiezen. Ook Barack Obama kwam onder vuur te liggen door zijn oude dominee. Tot zover is geloof echter een persoonlijke zaak.
Maar tegelijkertijd is er sprake van “bepaalde gemeenschappelijke elementen van religieuze oriëntatie van een grote meerderheid van het Amerikaanse volk”, zoals de socioloog Robert Bellah het al in 1967 beschreef. Het was “a set of beliefs, symbols and rituals.” Civil religion staat bol van bijbelse archetypen als de exodus (met George Washington als Mozes), het uitverkoren volk en het beloofde land met the American Dream.
Civil religion speelt een cruciale rol in de Amerikaanse politiek. Politici zijn kansloos als zij niet in staat zijn de taal van dit civiele geloof te spreken. Eisenhower wist dat: “our government makes no sense unless it is founded in a deeply felt religious faith – and I don’t care what it is”. John F. Kennedy was er een meester in. In zijn inaugurele rede (een van de rituelen van de American civil religion) noemde hij God zonder naar zijn eigen katholicisme te verwijzen. Hij mocht tenslotte geen enkele Amerikaan uitsluiten. God stond in Kennedy’s speech voor “het goede”, wat dat dan ook mocht betekenen. Er was sindsdien geen president, die zich aan die “plicht’ onttrok. De één was er alleen beter in dan de ander.
Barack Obama beheerst de taal van de civil religion ogenschijnlijk als geen ander. Vaak appelleerde hij in zijn campagne aan elementen van de civil religion: “greatest hopes and highest aspirations” en de “fundamental goodness to make this country great again”. Ook de overwinningsspeech stond bol van hoop, nieuwe geest van opoffering, één natie, één volk en “de waarden die wij allen delen”. Barack Obama luidt wellicht een nieuwe fase in de Amerikaanse geschiedenis in, maar wel naadloos passend in de Amerikaanse traditie.
Erik de Graaf
Religie is belangrijk in de Verenigde Staten. Politiek succes in ondenkbaar als je religieus in opspraak raakt. McCain bezwoor de twijfels bij zijn republikeinse achterban pas door de fundamentalistische Sarah Palin als running mate te kiezen. Ook Barack Obama kwam onder vuur te liggen door zijn oude dominee. Tot zover is geloof echter een persoonlijke zaak.
Maar tegelijkertijd is er sprake van “bepaalde gemeenschappelijke elementen van religieuze oriëntatie van een grote meerderheid van het Amerikaanse volk”, zoals de socioloog Robert Bellah het al in 1967 beschreef. Het was “a set of beliefs, symbols and rituals.” Civil religion staat bol van bijbelse archetypen als de exodus (met George Washington als Mozes), het uitverkoren volk en het beloofde land met the American Dream.
Civil religion speelt een cruciale rol in de Amerikaanse politiek. Politici zijn kansloos als zij niet in staat zijn de taal van dit civiele geloof te spreken. Eisenhower wist dat: “our government makes no sense unless it is founded in a deeply felt religious faith – and I don’t care what it is”. John F. Kennedy was er een meester in. In zijn inaugurele rede (een van de rituelen van de American civil religion) noemde hij God zonder naar zijn eigen katholicisme te verwijzen. Hij mocht tenslotte geen enkele Amerikaan uitsluiten. God stond in Kennedy’s speech voor “het goede”, wat dat dan ook mocht betekenen. Er was sindsdien geen president, die zich aan die “plicht’ onttrok. De één was er alleen beter in dan de ander.
Barack Obama beheerst de taal van de civil religion ogenschijnlijk als geen ander. Vaak appelleerde hij in zijn campagne aan elementen van de civil religion: “greatest hopes and highest aspirations” en de “fundamental goodness to make this country great again”. Ook de overwinningsspeech stond bol van hoop, nieuwe geest van opoffering, één natie, één volk en “de waarden die wij allen delen”. Barack Obama luidt wellicht een nieuwe fase in de Amerikaanse geschiedenis in, maar wel naadloos passend in de Amerikaanse traditie.
Erik de Graaf
donderdag 6 november 2008
Herfstdag
De tuinders werkten in de bruine hoven,
De wereld was verlaten van gerucht,
En het oneindig najaar spande erboven
De paarlen sfeer van een gelaten lucht.
Zoo was het hier, zoo moest het elders wezen:
Herfst, land en menschen in een stil verband,
Waarboven, in berusting uitgerezen,
Een overal gelijke hemel spant.
Wat dan te doen, grijs landschap, grijze luchten,
Uit de oudste droomen van de ziel gemaakt,
Wat met dit hart te doen, welks diepe zuchten
Al haast niet meer naar deze dingen haakt?
J.C. Bloem (1887-1966)
uit: Media vita (1931)
De wereld was verlaten van gerucht,
En het oneindig najaar spande erboven
De paarlen sfeer van een gelaten lucht.
Zoo was het hier, zoo moest het elders wezen:
Herfst, land en menschen in een stil verband,
Waarboven, in berusting uitgerezen,
Een overal gelijke hemel spant.
Wat dan te doen, grijs landschap, grijze luchten,
Uit de oudste droomen van de ziel gemaakt,
Wat met dit hart te doen, welks diepe zuchten
Al haast niet meer naar deze dingen haakt?
J.C. Bloem (1887-1966)
uit: Media vita (1931)
woensdag 5 november 2008
Waterwolf
Het boezemgemaal De Waterwolf is een fraai stukje industrieel erfgoed op het punt waar de Kommerzijlsterrijt in het Rietdiep stroomt. Vanaf 1918 “gesticht met Rijkssteun” en in 1920, op 5 november toevallig, door koningin Wilhelmina officieel in gebruik genomen.
De Waterwolf voerde overtollig water uit de provincie Groningen en de kop van Drenthe af naar de Waddenzee. “Verlaging van den waterstand brengt meerder koren in het land”, is het motto op een reusachtige steen in het gemaal. De Waterwolf was het eerste elektrisch aangedreven gemaal in Nederland, aanvankelijk beheerd door het waterschap Electra. De naam is gebleven als aanduiding voor het buurtschapje in Noordwest-Groningen.
“Ik ben de waterwolf, ik ken de strijdgevaren,
Electra is mijn meester, ik waak over zijn gebied,
Ik maal en slurp en vecht voor duizenden hectaren:
In hunne dienst zing ik mijn dreunend lied!”
In 1964 schreef ene J.M. Gaaikema dit in het Lied van de Waterwolf. Het is nog niet uitgeslurpt. Nog steeds heeft het gemaal een belangrijke functie in de waterafvoer.
Erik de Graaf
De Waterwolf voerde overtollig water uit de provincie Groningen en de kop van Drenthe af naar de Waddenzee. “Verlaging van den waterstand brengt meerder koren in het land”, is het motto op een reusachtige steen in het gemaal. De Waterwolf was het eerste elektrisch aangedreven gemaal in Nederland, aanvankelijk beheerd door het waterschap Electra. De naam is gebleven als aanduiding voor het buurtschapje in Noordwest-Groningen.
“Ik ben de waterwolf, ik ken de strijdgevaren,
Electra is mijn meester, ik waak over zijn gebied,
Ik maal en slurp en vecht voor duizenden hectaren:
In hunne dienst zing ik mijn dreunend lied!”
In 1964 schreef ene J.M. Gaaikema dit in het Lied van de Waterwolf. Het is nog niet uitgeslurpt. Nog steeds heeft het gemaal een belangrijke functie in de waterafvoer.
Erik de Graaf
dinsdag 4 november 2008
Bye Bush! Pfff, eindelijk...
In 2007 werd president George W. Bush tijdens een persconferentie in het Witte Huis gevraagd wat zijn grootste presidentiële fout was geweest. Het bleef lang stil, er schoot hem niets te binnen.
Nou, mij wel. Oorlogen in Irak en Afghanistan, de Patriot Act, Guantánamo, Abu Ghraib … Om maar een paar “foutjes” te noemen.
Het beste aan het tijdperk van George W. Bush is dat er binnenkort een einde aan komt.
Erik de Graaf
Nou, mij wel. Oorlogen in Irak en Afghanistan, de Patriot Act, Guantánamo, Abu Ghraib … Om maar een paar “foutjes” te noemen.
Het beste aan het tijdperk van George W. Bush is dat er binnenkort een einde aan komt.
Erik de Graaf
András Hegedüs en de Russische tanks
Begin januari 1986 was ik met Zwitserse en Joegoslavische (nu: Sloveense) vrienden in Boedapest. We logeerden bij leden van de Hongaarse vredesbeweging en gingen overdag op tournee langs de Hongaarse oppositie. Zo kwamen we ook terecht bij András Hegedüs (1922-1999), een toen drieënzestigjarige regimecriticus met een steil communistisch verleden. Van 1953 tot 1955 was hij minister van Landbouw, vanaf april 1955 tot aan het begin van de Hongaarse Opstand in oktober 1956 was hij zelfs premier van de Magyar Népköztársaság, oftewel: de Hongaarse Volksrepubliek.
Hegedüs bewoonde sinds jaar en dag een oude villa in een buitenwijk van Boedapest. Tijdens een rondleiding door zijn huis vertelde hij over de jachttrofeeën in de gang, die hij met Chroesjtsjov en Ullbricht had vergaard. In zijn warme huiskamer blikte hij terug op het ingrijpendste moment uit zijn politieke loopbaan. Na terugkomst van een bezoek aan Tito in Joegoslavië in oktober 1956 bleek zijn land in opstand te zijn. In paniek werd de ambassadeur van de Sovjetunie in Boedapest, de latere Russische leider Andropov, om hulp gevraagd. Ruim twintig jaar later kon hij pas toegeven dat hij persoonlijk de hulp van de Russen had ingeroepen, nadat de nieuwe premier Imre Nagy dat had geweigerd te doen. Daarmee had Hegedüs zich verantwoordelijk gemaakt voor het bloedbad dat volgde.
Na het ineenslaan van de Hongaarse Opstand op 4 november 1956 werd Hegedüs naar Moskou geroepen. In de twee jaren die hij daar verbleef nam hij zich voor zich niet meer met politiek bezig te houden. Terug in Boedapest werd hij socioloog in plaats van socialist. Na zijn kritiek op de Russische invasie in Tsjechoslowakije in 1968 werd hij ontslagen als leider van het Sociologisch Instituut, later werd de ex-premier zelfs uit de Hongaarse Communistische Partij gezet. Vanaf de jaren zeventig werd Hegedüs ondanks alles tot de Hongaarse oppostie gerekend.
Het was een boeiend bezoek aan een stuk Hongaarse geschiedenis, opgetekend uit de mond van een hoofdrolspeler. Jammer van mijn flater toen ik vroeg wie Imre Notsj was. Ik had de naam van de Hongaarse held Imre Nagy altijd anders uitgesproken. Ik vrees dat Hegedüs me nog jaren op zijn netvlies had staan.
Erik de Graaf
Hegedüs bewoonde sinds jaar en dag een oude villa in een buitenwijk van Boedapest. Tijdens een rondleiding door zijn huis vertelde hij over de jachttrofeeën in de gang, die hij met Chroesjtsjov en Ullbricht had vergaard. In zijn warme huiskamer blikte hij terug op het ingrijpendste moment uit zijn politieke loopbaan. Na terugkomst van een bezoek aan Tito in Joegoslavië in oktober 1956 bleek zijn land in opstand te zijn. In paniek werd de ambassadeur van de Sovjetunie in Boedapest, de latere Russische leider Andropov, om hulp gevraagd. Ruim twintig jaar later kon hij pas toegeven dat hij persoonlijk de hulp van de Russen had ingeroepen, nadat de nieuwe premier Imre Nagy dat had geweigerd te doen. Daarmee had Hegedüs zich verantwoordelijk gemaakt voor het bloedbad dat volgde.
Na het ineenslaan van de Hongaarse Opstand op 4 november 1956 werd Hegedüs naar Moskou geroepen. In de twee jaren die hij daar verbleef nam hij zich voor zich niet meer met politiek bezig te houden. Terug in Boedapest werd hij socioloog in plaats van socialist. Na zijn kritiek op de Russische invasie in Tsjechoslowakije in 1968 werd hij ontslagen als leider van het Sociologisch Instituut, later werd de ex-premier zelfs uit de Hongaarse Communistische Partij gezet. Vanaf de jaren zeventig werd Hegedüs ondanks alles tot de Hongaarse oppostie gerekend.
Het was een boeiend bezoek aan een stuk Hongaarse geschiedenis, opgetekend uit de mond van een hoofdrolspeler. Jammer van mijn flater toen ik vroeg wie Imre Notsj was. Ik had de naam van de Hongaarse held Imre Nagy altijd anders uitgesproken. Ik vrees dat Hegedüs me nog jaren op zijn netvlies had staan.
Erik de Graaf
maandag 3 november 2008
Indringende gevallen?
Wat zijn indringende gevallen, vroeg ik me af toen ik voor dit Antwerpse rolluik stond. “Zich op onbescheiden wijze toegang bezorgend”, staat onder indringend in mijn Van Dale. Onder geval (o.; -len; gevalletje) staan elf betekenissen. Van "iets dat iemand overkomt" en "vreemd, niet geheel definieerbaar voorwerp" tot "geslachtsdeel" en "denigrerende aanduiding van een persoon".
Hoe mag ik deze indringende gevallen opvatten? Of is ergens een spatie weggevallen?
Erik de Graaf
Hoe mag ik deze indringende gevallen opvatten? Of is ergens een spatie weggevallen?
Erik de Graaf
zondag 2 november 2008
"Dat je grote bek in Siberië dichtvriest"
De 96-jarige Duitser Erwin Jöris ervoer de regimes van Hitler en Stalin aan den lijve. In 1933 werd hij door de nazi’s opgepakt en pas in 1955 weer door de sovjets uit de Goelag ontslagen. “De ene dictatuur was bruin, de andere rood, maar verder merkte ik nauwelijks verschil.”
Drie weken na de Rijksdagbrand in februari 1933 werd de jonge Berlijnse communist door de nazi’s gearresteerd. Een jaar later werd hij uit het concentratiekamp Sonnenburg ontslagen op voorwaarde dat hij zich niet weer met het communistisch verzet zou bemoeien. Desondanks vertrok hij in 1934 in opdracht van de communistische partij naar Moskou, waar hij al spoedig uit de gratie raakte. In augustus 1937 werd hij door de Russen opgepakt en na anderhalf jaar Ljubjanka (de beruchte KGB-gevangenis in Moskou) bij Brest-Litovsk aan Nazi-Duitsland uitgeleverd. Na enkele maanden in Duitse gevangenschap werd hij vrijgelaten. Opnieuw onder een voorwaarde: nu dat hij bij de Wehrmacht zou dienen. Na vijf jaar oorlog kwam hij begin 1945 in Russische krijgsgevangenschap, maar al in september kon hij naar Berlijn terugkeren. Naar zijn ouders in de Russische bezettingszone.
In 1949 vroeg zijn zwager hem mee te verhuizen naar Düsseldorf. “Dat heb ik toen niet gedaan”, zei hij me twee jaar geleden. “Dat was een blunder. De communisten waren nog niet klaar met me. In 1950 werd ik opnieuw gearresteerd.” Beschuldigd van spionage en verraad werd Jöris veroordeeld tot 25 jaar werkkamp. “Dat je grote bek in Siberië mag dichtvriezen”, voegde de Russische militaire rechter fijntjes aan de veroordeling toe. Hij kwam als dwangarbeider in het uiterste noorden van de Sovjetunie terecht. Met honderdduizenden dwangarbeiders, waaronder 10.000 politieke gevangenen uit de DDR, werd hij daar in kolenmijnen tewerkgesteld. “Eerst moesten we bij 40 tot 50 graden vorst een koelhuis bouwen. Later mocht ik in een kolenmijn werken, waar de temperatuur in ieder geval een stuk draaglijker was”.
Na Stalins dood in maart 1953 werd het regime in de werkkampen milder. Eind 1955 keerde Jöris terug naar Oost-Berlijn. Met zijn vrouw besloot hij de DDR onmiddellijk te verlaten.
Erik de Graaf
Drie weken na de Rijksdagbrand in februari 1933 werd de jonge Berlijnse communist door de nazi’s gearresteerd. Een jaar later werd hij uit het concentratiekamp Sonnenburg ontslagen op voorwaarde dat hij zich niet weer met het communistisch verzet zou bemoeien. Desondanks vertrok hij in 1934 in opdracht van de communistische partij naar Moskou, waar hij al spoedig uit de gratie raakte. In augustus 1937 werd hij door de Russen opgepakt en na anderhalf jaar Ljubjanka (de beruchte KGB-gevangenis in Moskou) bij Brest-Litovsk aan Nazi-Duitsland uitgeleverd. Na enkele maanden in Duitse gevangenschap werd hij vrijgelaten. Opnieuw onder een voorwaarde: nu dat hij bij de Wehrmacht zou dienen. Na vijf jaar oorlog kwam hij begin 1945 in Russische krijgsgevangenschap, maar al in september kon hij naar Berlijn terugkeren. Naar zijn ouders in de Russische bezettingszone.
In 1949 vroeg zijn zwager hem mee te verhuizen naar Düsseldorf. “Dat heb ik toen niet gedaan”, zei hij me twee jaar geleden. “Dat was een blunder. De communisten waren nog niet klaar met me. In 1950 werd ik opnieuw gearresteerd.” Beschuldigd van spionage en verraad werd Jöris veroordeeld tot 25 jaar werkkamp. “Dat je grote bek in Siberië mag dichtvriezen”, voegde de Russische militaire rechter fijntjes aan de veroordeling toe. Hij kwam als dwangarbeider in het uiterste noorden van de Sovjetunie terecht. Met honderdduizenden dwangarbeiders, waaronder 10.000 politieke gevangenen uit de DDR, werd hij daar in kolenmijnen tewerkgesteld. “Eerst moesten we bij 40 tot 50 graden vorst een koelhuis bouwen. Later mocht ik in een kolenmijn werken, waar de temperatuur in ieder geval een stuk draaglijker was”.
Na Stalins dood in maart 1953 werd het regime in de werkkampen milder. Eind 1955 keerde Jöris terug naar Oost-Berlijn. Met zijn vrouw besloot hij de DDR onmiddellijk te verlaten.
Erik de Graaf
zaterdag 1 november 2008
Cultuurcrisis
Een enkele keer pak ik op het Groninger hoofdstation een gratis dagblad voor in de trein. Gisteren was dat De Pers (gratis, maar niet goedkoop), met op de voorpagina een bericht over een eerste bijeenkomst in Zeist van de zelfhulpgroep van Icesave-slachtoffers.
Alles boven een ton aan spaargeld zijn ze in no time kwijtgeraakt door het faillissement van hun bank en doordat minister Bos maar tot de honderdduizend garandeert. “Dat maakt hen naar eigen zeggen de enige échte slachtoffers van de kredietcrisis”, las ik verbaasd. Ze moesten zich schamen. Het is lullig genoeg en ik benijd de Icesave-slachtoffers niet, maar een beetje relativeringsvermogen zou ik wel op prijs stellen.
“Ik weet niet of het nog zin heeft om verder te leven”, wordt een Icesave-spaarder geciteerd. Kom op, zeg! Als je twee ton in IJsland had geparkeerd krijg je er volgens mij in ieder geval één van Bos terug. Daar zou ik een héle tijd leuke dingen van kunnen doen. Dit soort dramatische reacties bewijzen wat mij betreft dat de financiële crisis voor een belangrijk deel cultuurcrisis is.
Erik de Graaf
Alles boven een ton aan spaargeld zijn ze in no time kwijtgeraakt door het faillissement van hun bank en doordat minister Bos maar tot de honderdduizend garandeert. “Dat maakt hen naar eigen zeggen de enige échte slachtoffers van de kredietcrisis”, las ik verbaasd. Ze moesten zich schamen. Het is lullig genoeg en ik benijd de Icesave-slachtoffers niet, maar een beetje relativeringsvermogen zou ik wel op prijs stellen.
“Ik weet niet of het nog zin heeft om verder te leven”, wordt een Icesave-spaarder geciteerd. Kom op, zeg! Als je twee ton in IJsland had geparkeerd krijg je er volgens mij in ieder geval één van Bos terug. Daar zou ik een héle tijd leuke dingen van kunnen doen. Dit soort dramatische reacties bewijzen wat mij betreft dat de financiële crisis voor een belangrijk deel cultuurcrisis is.
Erik de Graaf
vrijdag 31 oktober 2008
Mijn heimweefabriek
In de herfstvakantie heb ik nostalgisch gedaan in mijn geboortestad Vlaardingen. We logeerden met het hele gezin in het Nivonhuis in de straat waar ik van mijn twaalfde tot mijn negentiende woonde. Ik vertelde mijn kinderen over mijn verhuizing naar de Vossiusstraat in 1970.
Een keer gingen we op zondag naar het nieuwe huis. Terwijl mijn ouders bekeken wat er de volgende week nog geklust moest worden (op zondag mochten de handen natuurlijk niet uit de mouwen) keek ik vanuit de tuin naar een partijtje voetbal van mijn toekomstige buurjongens. Meedoen mocht niet van mijn ouders, wist ik. Ook daarvoor was het veel-te-veel zondag. En de zondag was niet voor leuke dingen voor jongens van twaalf.
Het partijtje voetbal zoog me wel aan. Eerst klom ik over het tuinhek om het beter te zien. Ik bekeek het en zag dat mijn nieuwe buurjongens het konden. Toen er een afzwaaiende bal in mijn richting kwam trapte ik hem keurig terug. Tien minuten later deed ik volop mee. Voor het eerst van mijn leven op zondag. En in mijn zondagse kloffie. Dit eerste partijtje in de Vossiustraat is me altijd bijgebleven als een belangrijk moment in mijn ontworsteling aan de saaie zondagen. Die ene bijzondere keer stonden mijn ouders het toe, de volgende keer konden ze het niet meer tegenhouden.
Van de week googlede ik de naam in van mijn oude buurjongen, waarmee ik indertijd voetbalde, maar met wie ik ook LP’s ruilde en naar concerten van Yes of Led Zeppelin in Rotterdam ging. Ik vond zijn weblog over Rusland met een emailadres. Mijn mail werd binnen een dag beantwoord. Grappig was dat hij met dezelfde gebeurtenis begon, maar dan gezien vanaf de andere kant van het tuinhekje: “Wij stonden met een paar jochies uit de buurt (Juul Sentges, André en Raymond Schippers) een beetje nieuwsgierig te kijken naar die nieuwe jongen in de straat. Je stond in het tuintje-in-aanleg (met een laag hekje). Je kreeg de bal voor je voeten, trapte die terug, en daarmee was het oordeel meteen geveld: hij kan voetballen!”
Erik de Graaf
Een keer gingen we op zondag naar het nieuwe huis. Terwijl mijn ouders bekeken wat er de volgende week nog geklust moest worden (op zondag mochten de handen natuurlijk niet uit de mouwen) keek ik vanuit de tuin naar een partijtje voetbal van mijn toekomstige buurjongens. Meedoen mocht niet van mijn ouders, wist ik. Ook daarvoor was het veel-te-veel zondag. En de zondag was niet voor leuke dingen voor jongens van twaalf.
Het partijtje voetbal zoog me wel aan. Eerst klom ik over het tuinhek om het beter te zien. Ik bekeek het en zag dat mijn nieuwe buurjongens het konden. Toen er een afzwaaiende bal in mijn richting kwam trapte ik hem keurig terug. Tien minuten later deed ik volop mee. Voor het eerst van mijn leven op zondag. En in mijn zondagse kloffie. Dit eerste partijtje in de Vossiustraat is me altijd bijgebleven als een belangrijk moment in mijn ontworsteling aan de saaie zondagen. Die ene bijzondere keer stonden mijn ouders het toe, de volgende keer konden ze het niet meer tegenhouden.
Van de week googlede ik de naam in van mijn oude buurjongen, waarmee ik indertijd voetbalde, maar met wie ik ook LP’s ruilde en naar concerten van Yes of Led Zeppelin in Rotterdam ging. Ik vond zijn weblog over Rusland met een emailadres. Mijn mail werd binnen een dag beantwoord. Grappig was dat hij met dezelfde gebeurtenis begon, maar dan gezien vanaf de andere kant van het tuinhekje: “Wij stonden met een paar jochies uit de buurt (Juul Sentges, André en Raymond Schippers) een beetje nieuwsgierig te kijken naar die nieuwe jongen in de straat. Je stond in het tuintje-in-aanleg (met een laag hekje). Je kreeg de bal voor je voeten, trapte die terug, en daarmee was het oordeel meteen geveld: hij kan voetballen!”
Erik de Graaf
donderdag 30 oktober 2008
Liefde in de Stasigevangenis
Op 6 april 1981 werd de Oost-Duitse dissidente Regina Kaiser gearresteerd. Al op de eerste dag betrad Stasi-officier Uwe Karlstedt de verhoorkamer. “Er ging een schok door me heen”, zegt Kaiser. “Precies zo had de ideale man er in mijn dromen uitgezien. Ja, het was echt liefde op het eerste gezicht. Alleen jammer dat mij dat nu net in de gevangenis moest overkomen.” Ze werd uitgerekend verliefd op de persoon, die de strafbare feiten voor haar proces moest verzamelen. Het gevolg was een groteske verhoorpraktijk, waarin ze haar gevoelens moest zien te verdringen. Na een paar weken schreef ze de zin “en toch steeds weer 11 en 12” voor hem op, waarvan alleen zij de betekenis kende. “De code was eenvoudig”, zegt ze nu. “Je bent mooi heeft in het Duits elf letters. En ik hou van jou twaalf”.
Wat zij niet wist was dat ook haar Stasi-officier moeite had zich op de verhoren te concentreren. “Ik zag steeds een leuke, aardige vrouw van mijn eigen leeftijd”, herinnert Karlstedt zich, die zich steeds meer op de verhoren begon te verheugen. “Ik rekte ze onnodig en sloeg extra sigaretten voor haar in”. Toch kreeg Karlstedt het strafdossier tegen Kaiser vakkundig en professioneel rond. Na een half jaar werd ze tot drie jaar gevangenisstraf veroordeeld. Kort voor haar overplaatsing naar een vrouwengevangenis in het zuiden van de DDR viel de Stasi-officier even uit zijn rol. “Kunt u zich voorstellen van iemand als ik te houden”, vroeg hij bij hun laatste ontmoeting in de verhoorkamer. Het antwoord was kort en duidelijk: “Ja”. Wat volgde was een afscheid met een kus.
Regina Kaiser verhuisde na haar vrijlating in 1984 naar West-Berlijn. Aan de Oost-Duitse kant van de Berlijnse Muur vervolgde Uwe Karlstedt zijn carriere bij de Stasi. Eind jaren tachtig was hij beroepsmatig betrokken bij acties tegen de Oost-Duitse protestbeweging. Zijn ijver leverde Karlstedt nog in oktober 1989, nog geen maand voor de ineenstorting van het Oost-Duitse regime, promotie tot majoor op.
Pas in 1997 kwam Regina Kaiser de achternaam van haar geliefde Stasi-officier te weten. Ze achterhaalde zijn telefoonnummer en belde hem op. Een paar weken later woonden ze samen, de Beauty en haar Beast. Ze hebben heel wat uit te praten, lijkt me zo. Inmiddels hebben ze er een boek over geschreven en is er een tv-film over gemaakt. Hollywood kon het niet verzinnen. Echt gebeurd. En ze leefden nog lang en ....
Erik de GraafBovenste foto: Uwe Karlstedt en Regina in hun keuken in Berlijn (Erik de Graaf, 2004)
Onderste foto: verhoorkamer in Stasigevangenis Hohenschönhausen (Erik de Graaf, 2005).
Wat zij niet wist was dat ook haar Stasi-officier moeite had zich op de verhoren te concentreren. “Ik zag steeds een leuke, aardige vrouw van mijn eigen leeftijd”, herinnert Karlstedt zich, die zich steeds meer op de verhoren begon te verheugen. “Ik rekte ze onnodig en sloeg extra sigaretten voor haar in”. Toch kreeg Karlstedt het strafdossier tegen Kaiser vakkundig en professioneel rond. Na een half jaar werd ze tot drie jaar gevangenisstraf veroordeeld. Kort voor haar overplaatsing naar een vrouwengevangenis in het zuiden van de DDR viel de Stasi-officier even uit zijn rol. “Kunt u zich voorstellen van iemand als ik te houden”, vroeg hij bij hun laatste ontmoeting in de verhoorkamer. Het antwoord was kort en duidelijk: “Ja”. Wat volgde was een afscheid met een kus.
Regina Kaiser verhuisde na haar vrijlating in 1984 naar West-Berlijn. Aan de Oost-Duitse kant van de Berlijnse Muur vervolgde Uwe Karlstedt zijn carriere bij de Stasi. Eind jaren tachtig was hij beroepsmatig betrokken bij acties tegen de Oost-Duitse protestbeweging. Zijn ijver leverde Karlstedt nog in oktober 1989, nog geen maand voor de ineenstorting van het Oost-Duitse regime, promotie tot majoor op.
Pas in 1997 kwam Regina Kaiser de achternaam van haar geliefde Stasi-officier te weten. Ze achterhaalde zijn telefoonnummer en belde hem op. Een paar weken later woonden ze samen, de Beauty en haar Beast. Ze hebben heel wat uit te praten, lijkt me zo. Inmiddels hebben ze er een boek over geschreven en is er een tv-film over gemaakt. Hollywood kon het niet verzinnen. Echt gebeurd. En ze leefden nog lang en ....
Erik de Graaf
Onderste foto: verhoorkamer in Stasigevangenis Hohenschönhausen (Erik de Graaf, 2005).
woensdag 29 oktober 2008
29 oktober 1983
Precies een kwart eeuw geleden marcheerden 550.000 mensen vreedzaam door de straten van Den Haag. Het was de grootste vredesdemonstratie ooit in ons land, groter dan die in Amsterdam van twee jaar eerder. Doel was de plaatsing van kruisraketten tegen te houden. Het waren de ijzige tijden van de Koude Oorlog.
Heeft het geholpen? De kruisraketten zijn er niet gekomen. Jaar op jaar werd het plaatsingsbesluit in Nederland uitgesteld, terwijl andere NAVO-landen er al wel voor gingen. Het kabinet-Lubbers durfde het plaatsingsverdrag pas op 4 november 1985 te tekenen. Tot die tijd was, onder druk van de vredesbeweging, het politieke klimaat er niet voor.
Maar in november 1985 was het klimaat om de atoomraketten daadwerkelijk te stationeren al aan het veranderen. In maart had Michail Gorbatsjov het roer in de Sovjetunie overgenomen. Oost en west kwamen on speaking terms. Onder zware economische druk bleek Gorbatsjov bereid de Russische SS-20’s tegen de kruisraketten weg te strepen. De havik Reagan streek met de overwinning.
En wie was nu de grootste vredesbeweging? De demonstranten van een kwart eeuw geleden of de NAVO? Daarover wordt nog steeds heftig gediscussieerd. De westerse vredesbeweging heeft de plaatsing van kruisraketten jarenlang tegengehouden en de politiek onder grote druk gehouden. Het NAVO-dubbelbesluit van 1979 (plaatsing + onderhandelingen met de Sovjetunie) heeft achteraf ook gewerkt, zij het pas nadat, volkomen onverwachts voor iedereen, in het oosten een koerswisseling optrad.
Erik de Graaf
Heeft het geholpen? De kruisraketten zijn er niet gekomen. Jaar op jaar werd het plaatsingsbesluit in Nederland uitgesteld, terwijl andere NAVO-landen er al wel voor gingen. Het kabinet-Lubbers durfde het plaatsingsverdrag pas op 4 november 1985 te tekenen. Tot die tijd was, onder druk van de vredesbeweging, het politieke klimaat er niet voor.
Maar in november 1985 was het klimaat om de atoomraketten daadwerkelijk te stationeren al aan het veranderen. In maart had Michail Gorbatsjov het roer in de Sovjetunie overgenomen. Oost en west kwamen on speaking terms. Onder zware economische druk bleek Gorbatsjov bereid de Russische SS-20’s tegen de kruisraketten weg te strepen. De havik Reagan streek met de overwinning.
En wie was nu de grootste vredesbeweging? De demonstranten van een kwart eeuw geleden of de NAVO? Daarover wordt nog steeds heftig gediscussieerd. De westerse vredesbeweging heeft de plaatsing van kruisraketten jarenlang tegengehouden en de politiek onder grote druk gehouden. Het NAVO-dubbelbesluit van 1979 (plaatsing + onderhandelingen met de Sovjetunie) heeft achteraf ook gewerkt, zij het pas nadat, volkomen onverwachts voor iedereen, in het oosten een koerswisseling optrad.
Erik de Graaf
dinsdag 28 oktober 2008
Staatssteun
Fortis/ABN, ING en nu weer drie miljard Aegon. Staatssteun. In de nieuwe Waterstof, de bundel informatieve en beschouwende digitale artikelen van de progressieve denktank Waterland, staat vandaag bovenstaande cartoon van Bas Köhler over de staatssteun van de laatste weken. Een tekening vertelt soms in één oogopslag meer dan een lang artikel.
Erik de Graaf
Erik de Graaf
maandag 27 oktober 2008
IJsclub
Vorige week kwam meneer Van den Berg weer aan de deur met de lidmaatschapskaarten van de ijsclub (opgericht in 1875). Vijf euro voor het hele gezin. Koopje, zelfs al heeft er in geen jaren ijs op onze dorpsijsbaan gelegen. Elk jaar voeren meneer Van den Berg en ik hetzelfde gesprek. Ik zet de ijzers maar weer in het vet, zeg ik dan, want als meneer Van den Berg met de lidmaatschapskaarten langs de deuren gaat begint voor mij de Warffumse winter. En dan hebben we het over de zachte winters van de laatste jaren en stellen we vast dat we al jaren geen rondjes meer hebben gedraaid op het weiland aan de Onderdendamsterweg. Laat staan dat we naar Baflo of verder konden schaatsen.
De jaarlijkse rondtocht van meneer Van den Berg met de lidmaatschapskaarten van de ijsvereniging is een ritueel zonder hoop op vorst geworden. Zelfs als de ganzen het niet meer nodig vinden om in de winter naar het zuiden te trekken zal ik elk jaar mijn lidmaatschapskaart voor het hele gezin in ontvangst blijven nemen.
Maar niet te pessimistisch. Werd vorige week niet de verwachting uitgesproken dat de Elfstedentocht eens in de achttien jaar kon worden verreden? Dan is ons baantje vast ook bevroren. “Zet het geld wel op een goede bank”, riep ik meneer Van den Berg nog na. Glimlachend draaide hij zich om: “Och, die IJslandse bank lijkt me wel passend”.
Erik de Graaf
De jaarlijkse rondtocht van meneer Van den Berg met de lidmaatschapskaarten van de ijsvereniging is een ritueel zonder hoop op vorst geworden. Zelfs als de ganzen het niet meer nodig vinden om in de winter naar het zuiden te trekken zal ik elk jaar mijn lidmaatschapskaart voor het hele gezin in ontvangst blijven nemen.
Maar niet te pessimistisch. Werd vorige week niet de verwachting uitgesproken dat de Elfstedentocht eens in de achttien jaar kon worden verreden? Dan is ons baantje vast ook bevroren. “Zet het geld wel op een goede bank”, riep ik meneer Van den Berg nog na. Glimlachend draaide hij zich om: “Och, die IJslandse bank lijkt me wel passend”.
Erik de Graaf
zondag 26 oktober 2008
De Punt twee
Gisteren zag ik een “hondekop” badend in het licht bij De Punt in Drenthe. Opnames voor de speelfilm De Punt over de treinkaping in mei 1977. Blogger Bob dingt mee naar een Oscar voor de beste figurant en doet verslag op zijn weblog.
Erik de Graaf
Erik de Graaf
zaterdag 25 oktober 2008
De Punt
Tussen Assen en Groningen zag ik vanavond een gele, stilstaande trein in een fel verlicht landschap. Gek, denk je dan. Een treinkaping? Zal toch niet, het is op precies dezelfde plaats als in 1977. Ik vermoedde al filmopnames, vaag herinnerde ik me iets te hebben gelezen over plannen voor een speelfilm.
Thuisgekomen las ik op teletekst van TV Noord dat het inderdaad om filmopnames ging, die daar dit weekend konden plaatsvinden doordat er toch werkzaamheden zijn aan het spoor tussen Assen en Groningen. De spectaculaire bevrijding van de gijzelaars door de straaljagers van de luchtmacht staat voor dit weekend op het programma.
Gek om toch even een onbehaaglijk gevoel te bespeuren. Het waren tijden met veel spanning, angst en geruchten. Ik woonde in die tijd in Vlaardingen en herinner me het bericht in het journaal van acht uur dat tussen Vlaardingen en Maassluis een nieuwe treinkaping was begonnen. Tientallen, honderden mensen fietsten langs onze woning aan de rand van de stad om een glimp van de “nieuwe ramp” op te vangen. Het bleek loos alarm. Treinreizigers hadden alarm geslagen, omdat ze vonden dat “iemand met een Moluks uiterlijk” zich verdacht gedroeg. Het was tekenend voor de angst en het wantrouwen dat het bericht onmiddellijk in het tv-journaal werd uitgezonden.
Erik de Graaf
Thuisgekomen las ik op teletekst van TV Noord dat het inderdaad om filmopnames ging, die daar dit weekend konden plaatsvinden doordat er toch werkzaamheden zijn aan het spoor tussen Assen en Groningen. De spectaculaire bevrijding van de gijzelaars door de straaljagers van de luchtmacht staat voor dit weekend op het programma.
Gek om toch even een onbehaaglijk gevoel te bespeuren. Het waren tijden met veel spanning, angst en geruchten. Ik woonde in die tijd in Vlaardingen en herinner me het bericht in het journaal van acht uur dat tussen Vlaardingen en Maassluis een nieuwe treinkaping was begonnen. Tientallen, honderden mensen fietsten langs onze woning aan de rand van de stad om een glimp van de “nieuwe ramp” op te vangen. Het bleek loos alarm. Treinreizigers hadden alarm geslagen, omdat ze vonden dat “iemand met een Moluks uiterlijk” zich verdacht gedroeg. Het was tekenend voor de angst en het wantrouwen dat het bericht onmiddellijk in het tv-journaal werd uitgezonden.
Erik de Graaf
dinsdag 21 oktober 2008
Matglastuinbouw
De overheid moet niet alleen banken, maar ook glastuinbouwbedrijven opkopen. Dat zei de voorzitter van de tuindersvakbond LTO Noord/Glaskracht gisteren volgens mijn noordelijk ochtendblad (en dan is het waar!).
Door de hoge gasprijzen en tegenvallende opbrengsten zijn in de afgelopen vijf jaar alleen in het glastuinbouwgebied rond Emmen al zo’n 25 ooit florerende glastuinbouwbedrijven failliet gegaan. De banken wilden geen overbruggingskredieten meer leveren.
In het nog hogere noorden plannen de Provincie Groningen en de gemeente Eemsmond nog steeds een immens glastuinbouwgebied tussen de Eemshaven en het nu nog leuke dorp Oudeschip. Al bijna tien jaar houden tegenstanders vol dat dat een onhaalbaar project is, maar gemeente en provincie bleven er honderdduizenden euro’s instoppen, die ze net zo goed bij Icesave hadden kunnen stallen.
Vorige week belde Nettie van het voormalige actiecomité Op Goede Grond me met de mededeling dat het plangebied in het nieuwe ontwerp-bestemmingsplan buitengebied wit is gebleven en geen functieomschrijving heeft. Wat zou dat betekenen? Geven ze het eindelijk op of is er iets anders aan de hand? Haar telefoontjes met gemeente en adviesbureaus leverden geen helderheid op. Komt er nu glas of geen glas in het bestemmingsplan? Het blijft matglas.
Erik de Graaf
Door de hoge gasprijzen en tegenvallende opbrengsten zijn in de afgelopen vijf jaar alleen in het glastuinbouwgebied rond Emmen al zo’n 25 ooit florerende glastuinbouwbedrijven failliet gegaan. De banken wilden geen overbruggingskredieten meer leveren.
In het nog hogere noorden plannen de Provincie Groningen en de gemeente Eemsmond nog steeds een immens glastuinbouwgebied tussen de Eemshaven en het nu nog leuke dorp Oudeschip. Al bijna tien jaar houden tegenstanders vol dat dat een onhaalbaar project is, maar gemeente en provincie bleven er honderdduizenden euro’s instoppen, die ze net zo goed bij Icesave hadden kunnen stallen.
Vorige week belde Nettie van het voormalige actiecomité Op Goede Grond me met de mededeling dat het plangebied in het nieuwe ontwerp-bestemmingsplan buitengebied wit is gebleven en geen functieomschrijving heeft. Wat zou dat betekenen? Geven ze het eindelijk op of is er iets anders aan de hand? Haar telefoontjes met gemeente en adviesbureaus leverden geen helderheid op. Komt er nu glas of geen glas in het bestemmingsplan? Het blijft matglas.
Erik de Graaf
Partij van de Blijheid
GroenLinks wordt binnenkort 18 jaar. René Kerkwijk wijdt er een leuke serie GroenLinks is Jarig aan, waarin leden vertellen wat ze de partij voor de toekomst wensen. Ik wens de partij vooral veel plezier en creativiteit in de politiek. Dan hou je het een stuk beter vol. Da’s een wijze les, die ik vroeger al leerde van Ollie B. Bommel. In De Partij van de Blijheid uit 1951, onlangs weer opgenomen in De avonturen van Tom Poes (del 11), besluit heer Ollie een politieke partij op te richten om de somberheid in Rommeldam te bestrijden:
"Het is triest!", zei heer Ollie met holle stem. "Ik weet niet waar het met de wereld heen moet, jonge vriend! Mijn ochtendblad staat vol met verdriet en akeligheid. Ik lees daar zojuist dat de gemeentesecretaris nu ook al ziek is geworden en dat de burgemeester op instorten staat! Erger kon het al niet, zeg nu zelf! Alles is even somber, zelfs mijn belastingaanslagbiljet vanmorgen miste de vrolijke, frisse toon van vroeger. En mijn knie is vandaag weer erger, mijn hoofd gonst, als je begrijpt wat ik bedoel en het regent maar. Het is allemaal akeligheid!"
"Kom, heer Ollie!", zei Tom Poes opgewekt. "Zo erg is het heus niet! Rommeldam is een beetje suf en saai, maar dat komt door u!"
"Door mij?", riep heer Bommel geschrokken. "Wat bedoel je?"
"Wel", zei Tom Poes. "U bent toch een van de belangrijkste burgers, niet waar?"
"Ja", zei heer Bommel. "Dat is waar!"
"Waarom brengt u dan niet een beetje leven in de brouwerij?", vroeg Tom Poes. "U hebt geld en aanzien, dus wat houdt u tegen?"
"Hm", zei heer Bommel nadenkend. "Juist, wat houdt mij tegen? Niets, jonge vriend, niets. En nu je het zegt, ik was eigenlijk al lang van plan om iets leuks te doen. Iets leuks, als je begrijpt wat ik bedoel! Ja, ik ga een partij oprichten! De Partij van de Blijheid!".
Veel plezier en blijheid toegewenst vanaf je achttiende.
Erik de Graaf
"Het is triest!", zei heer Ollie met holle stem. "Ik weet niet waar het met de wereld heen moet, jonge vriend! Mijn ochtendblad staat vol met verdriet en akeligheid. Ik lees daar zojuist dat de gemeentesecretaris nu ook al ziek is geworden en dat de burgemeester op instorten staat! Erger kon het al niet, zeg nu zelf! Alles is even somber, zelfs mijn belastingaanslagbiljet vanmorgen miste de vrolijke, frisse toon van vroeger. En mijn knie is vandaag weer erger, mijn hoofd gonst, als je begrijpt wat ik bedoel en het regent maar. Het is allemaal akeligheid!"
"Kom, heer Ollie!", zei Tom Poes opgewekt. "Zo erg is het heus niet! Rommeldam is een beetje suf en saai, maar dat komt door u!"
"Door mij?", riep heer Bommel geschrokken. "Wat bedoel je?"
"Wel", zei Tom Poes. "U bent toch een van de belangrijkste burgers, niet waar?"
"Ja", zei heer Bommel. "Dat is waar!"
"Waarom brengt u dan niet een beetje leven in de brouwerij?", vroeg Tom Poes. "U hebt geld en aanzien, dus wat houdt u tegen?"
"Hm", zei heer Bommel nadenkend. "Juist, wat houdt mij tegen? Niets, jonge vriend, niets. En nu je het zegt, ik was eigenlijk al lang van plan om iets leuks te doen. Iets leuks, als je begrijpt wat ik bedoel! Ja, ik ga een partij oprichten! De Partij van de Blijheid!".
Veel plezier en blijheid toegewenst vanaf je achttiende.
Erik de Graaf
maandag 20 oktober 2008
Kredietcrisis
Lokale en provinciale overheden zijn voor miljoenen de boot ingegaan door het faillissement van IJslandse banken. Van de week kreeg ik een mail van iemand die wist dat ik me wel eens met provinciale politiek in Groningen bezighoud.
Zijn neef had een week voordat Icesave failliet ging het spaargeld van zijn 91-jarige demente oma van IJsland terug naar een Nederlandse bank gehaald. Hij had de koers van de IJslandse kroon zien vallen en daaruit de conclusie getrokken dat er een kapitaalvlucht gaande was. Net op tijd dus. Waarom konden alle duurbetaalde financiële experts niet voorzien wat zijn wakkere neef wel doorzag, vroeg hij zich af.
Ik snap dat ook niet. En wat ik ook niet snap is dat niemand luid heeft gewaarschuwd voor de IJslandse banken, terwijl toch ook allerlei gemeenten hun lokale miljoenen wél op tijd veiligstelden. Zo’n waarschuwing had ongetwijfeld wat miljoenen gered (en het IJslandse faillissement bespoedigd).
Zelf maak ik me geen geen zorgen over dubieuze bankrekeningen, zoals ik me ook nooit bezig heb gehouden met een renteprocentje meer of minder. Mijn spaargeld ligt bij een ideële bank, die ervoor zorgt dat het niet in landmijnen, kinderarbeid of milieuafbraak, maar in de duurzaamheid van de samenleving wordt belegd. Dat vind ik belangrijker dan het rentepercentage. Bij mijn bank “voor de wereld van morgen” kun je duurzaam en veilig sparen, staat op de site. En mocht het toch misgaan: ter geruststelling staat erbij dat particuliere spaarders dan ook tot 100.000 euro terugkrijgen. En daar zit ik ruim onder. Dat is een rijk en rustig gevoel.
Erik de Graaf
Zijn neef had een week voordat Icesave failliet ging het spaargeld van zijn 91-jarige demente oma van IJsland terug naar een Nederlandse bank gehaald. Hij had de koers van de IJslandse kroon zien vallen en daaruit de conclusie getrokken dat er een kapitaalvlucht gaande was. Net op tijd dus. Waarom konden alle duurbetaalde financiële experts niet voorzien wat zijn wakkere neef wel doorzag, vroeg hij zich af.
Ik snap dat ook niet. En wat ik ook niet snap is dat niemand luid heeft gewaarschuwd voor de IJslandse banken, terwijl toch ook allerlei gemeenten hun lokale miljoenen wél op tijd veiligstelden. Zo’n waarschuwing had ongetwijfeld wat miljoenen gered (en het IJslandse faillissement bespoedigd).
Zelf maak ik me geen geen zorgen over dubieuze bankrekeningen, zoals ik me ook nooit bezig heb gehouden met een renteprocentje meer of minder. Mijn spaargeld ligt bij een ideële bank, die ervoor zorgt dat het niet in landmijnen, kinderarbeid of milieuafbraak, maar in de duurzaamheid van de samenleving wordt belegd. Dat vind ik belangrijker dan het rentepercentage. Bij mijn bank “voor de wereld van morgen” kun je duurzaam en veilig sparen, staat op de site. En mocht het toch misgaan: ter geruststelling staat erbij dat particuliere spaarders dan ook tot 100.000 euro terugkrijgen. En daar zit ik ruim onder. Dat is een rijk en rustig gevoel.
Erik de Graaf
zondag 19 oktober 2008
Dobben
In september berichtte ik tweemaal over het dichtplempen van een dobbe bij de Oudendijk in Warffum. Diverse mensen hebben geklaagd bij gemeente, waterschap en Landschapsbeheer Groningen. Het gevolg was dat de verantwoordelijke boer door drie instanties werd belaagd. Vorige week heeft hij onder dwang van een fikse boete grond en aardappelen uit de dobbe verwijderd.
Fraai ziet het er nog steeds niet uit, zoals op de zojuist genomen foto te zien is, maar opgeruimder is het wel. De boer baalt enorm van de ophef, heb ik begrepen. Hopelijk begrijpt hij wel dat het er niet om gaat om hem te pesten, maar om een stukje cultuurhistorie van de ondergang te redden.
Het zou mooi zijn als de drie instanties, die de boer in de afgelopen weken achter de broek zaten, nu met positieve maatregelen komen om de agrarische bedrijfsvoering aan te passen aan te beschermen poelen, dobben en kreken. Ik snap best dat de kronkelende watertjes efficiënt boeren soms in de weg staan. Daarom mag de overheid er best iets voor over hebben om boeren te stimuleren zorgvuldig met dit erfgoed om te gaan.
Erik de Graaf
Genoemde bijdragen uit september: Cultuurhistorie boven Warffum in gevaar (13-9) en Dobben boven Warffum (15-9)
Fraai ziet het er nog steeds niet uit, zoals op de zojuist genomen foto te zien is, maar opgeruimder is het wel. De boer baalt enorm van de ophef, heb ik begrepen. Hopelijk begrijpt hij wel dat het er niet om gaat om hem te pesten, maar om een stukje cultuurhistorie van de ondergang te redden.
Het zou mooi zijn als de drie instanties, die de boer in de afgelopen weken achter de broek zaten, nu met positieve maatregelen komen om de agrarische bedrijfsvoering aan te passen aan te beschermen poelen, dobben en kreken. Ik snap best dat de kronkelende watertjes efficiënt boeren soms in de weg staan. Daarom mag de overheid er best iets voor over hebben om boeren te stimuleren zorgvuldig met dit erfgoed om te gaan.
Erik de Graaf
Genoemde bijdragen uit september: Cultuurhistorie boven Warffum in gevaar (13-9) en Dobben boven Warffum (15-9)
Groeten van Rottumerplaat
Een jaar geleden overleed Jan Wolkers. Vele herinneringen worden weer aan hem opgehaald. In Warffum en omgeving is hij nauw verbonden met de herinnering aan zijn week op het onbewoonde waddeneiland Rottumerplaat in 1971. Eerst bivakkeerde Godfried Bomans een week op Plaat, daarna was het de beurt aan Wolkers.
Voor Bomans was het afzien in de verlaten waddennatuur. Op zaterdag 17 juli 1971 was hij dan ook dolgelukkig door Wolkers te worden afgelost. Wolkers had het er vanaf het eerste moment naar zijn zin. Waar Bomans gek werd van de krijsende meeuwen was hij er al snel aan gewend. Het natuurmens was een en al activiteit. Hij bouwde aan zijn symbolische hek rond het eiland met het bekende bordje "Wolkers: 2x bellen". Toen zijn proviandkist te water raakte besloot hij te leven van wat het eiland en de zee hem bood: garnalen, paling, wier, e.d. Ondertussen spalkte een gebroken pootje van een scholekster. Hij verkende het kadaver van een zwangere zeehond en verzorgde een uitgeputte jonge zeehond. Op donderdag werd het dier opgehaald door een helikopter van de luchtmacht en naar een opvangcentrum op Texel gebracht. "De defensiekosten zijn veel te hoog", oreerde Wolkers, "maar dat mag zo blijven als we het leger omturnen. Stel je voor: de vijand valt binnen en er wordt niet teruggeschoten. Het hele leger is bezig met het redden van jonge zeehondjes".
Een keer per dag deed Wolkers in geuren en kleuren verslag van zijn belevenissen aan Willem Ruis, die vanuit Hotel de Breedenborg bij Warffum twee weken lang het radioprogramma "Alleen op een eiland" presenteerde. In de eerste week was het programma vrij saai, maar met Wolkers leefde het op. Het luisterpubliek smulde. Ook het Nieuwsblad van het Noorden hield de wederwaardigheden van Wolkers goed in de gaten. "Jan Wolkers heeft het druk op Rottumerplaat", kopte de krant al bij de eerste de beste gelegenheid. En later: "Wolkers opereert dode zeehond" of "Jan Wolkers als eenzame wonderdokter".
Op de maandag na het avontuur kopte de krant: "Hoe de grote dierenvriend weer tot ons kwam". Honderden mensen stonden volgens het Nieuwsblad de UQ 10 van garnalenvisser Klaas Meijer op te wachten in de haven van Noordpolderzijl. En Wolkers maakte er zijn showtje van. "Het is een schande", vond hij, "dat Klaas Meijer zijn schip moet verkopen, omdat de Waddenzee vervuilt".
Een mooie herinnering. Wandelend op de dijk zag ik Rottumerplaat vanochtend in de verte liggen. Als je goed luistert hoor je de meeuwen nog krijsen.
Erik de Graaf
Voor Bomans was het afzien in de verlaten waddennatuur. Op zaterdag 17 juli 1971 was hij dan ook dolgelukkig door Wolkers te worden afgelost. Wolkers had het er vanaf het eerste moment naar zijn zin. Waar Bomans gek werd van de krijsende meeuwen was hij er al snel aan gewend. Het natuurmens was een en al activiteit. Hij bouwde aan zijn symbolische hek rond het eiland met het bekende bordje "Wolkers: 2x bellen". Toen zijn proviandkist te water raakte besloot hij te leven van wat het eiland en de zee hem bood: garnalen, paling, wier, e.d. Ondertussen spalkte een gebroken pootje van een scholekster. Hij verkende het kadaver van een zwangere zeehond en verzorgde een uitgeputte jonge zeehond. Op donderdag werd het dier opgehaald door een helikopter van de luchtmacht en naar een opvangcentrum op Texel gebracht. "De defensiekosten zijn veel te hoog", oreerde Wolkers, "maar dat mag zo blijven als we het leger omturnen. Stel je voor: de vijand valt binnen en er wordt niet teruggeschoten. Het hele leger is bezig met het redden van jonge zeehondjes".
Een keer per dag deed Wolkers in geuren en kleuren verslag van zijn belevenissen aan Willem Ruis, die vanuit Hotel de Breedenborg bij Warffum twee weken lang het radioprogramma "Alleen op een eiland" presenteerde. In de eerste week was het programma vrij saai, maar met Wolkers leefde het op. Het luisterpubliek smulde. Ook het Nieuwsblad van het Noorden hield de wederwaardigheden van Wolkers goed in de gaten. "Jan Wolkers heeft het druk op Rottumerplaat", kopte de krant al bij de eerste de beste gelegenheid. En later: "Wolkers opereert dode zeehond" of "Jan Wolkers als eenzame wonderdokter".
Op de maandag na het avontuur kopte de krant: "Hoe de grote dierenvriend weer tot ons kwam". Honderden mensen stonden volgens het Nieuwsblad de UQ 10 van garnalenvisser Klaas Meijer op te wachten in de haven van Noordpolderzijl. En Wolkers maakte er zijn showtje van. "Het is een schande", vond hij, "dat Klaas Meijer zijn schip moet verkopen, omdat de Waddenzee vervuilt".
Een mooie herinnering. Wandelend op de dijk zag ik Rottumerplaat vanochtend in de verte liggen. Als je goed luistert hoor je de meeuwen nog krijsen.
Erik de Graaf
zondag 12 oktober 2008
Haider
zaterdag 4 oktober 2008
Tag der deutschen Einheit
Achttien lentes telt de nieuwe Bondsrepubliek inmiddels. Gisteren werd gevierd dat het eerste (en ook laatste) democratische gekozen DDR-parlement al in augustus 1990 besloot de staat op te heffen en per 3 oktober onder te brengen in de oude, toen ruim 41 jaar bestaande Bondsrepubliek.
Het was de Duitse hereniging, tot schrik van sommige buurlanden. Het uitspreken van die schrik kostte Ruud Lubbers een internationaal toetje na zijn premierschap, want Kohl nam wraak door stokjes te steken voor Lubbers’ ambities bij de EU en de NAVO.
Allemaal lang geleden en “bijna” vergeten. Ter gelegenheid van de Tag der deutschen Einheit testte de Berliner Zeitung de kennis over de gebeurtenissen die tot de val de Berlijnse Muur en uiteindelijk tot de Duitse hereniging in 1990 leidden. Een Einheitsquiz met 29 vragen. Leuk om kennis en geheugen te testen. Ik had er twee fout. Probeer het ook eens.
Erik de Graaf
Het was de Duitse hereniging, tot schrik van sommige buurlanden. Het uitspreken van die schrik kostte Ruud Lubbers een internationaal toetje na zijn premierschap, want Kohl nam wraak door stokjes te steken voor Lubbers’ ambities bij de EU en de NAVO.
Allemaal lang geleden en “bijna” vergeten. Ter gelegenheid van de Tag der deutschen Einheit testte de Berliner Zeitung de kennis over de gebeurtenissen die tot de val de Berlijnse Muur en uiteindelijk tot de Duitse hereniging in 1990 leidden. Een Einheitsquiz met 29 vragen. Leuk om kennis en geheugen te testen. Ik had er twee fout. Probeer het ook eens.
Erik de Graaf
dinsdag 16 september 2008
"... ende vreest niet. Roffel is met U!" Gevangenis Bankenbosch (1948-2008)
Tussen 1946 en 1949 verscheepte Nederland zo’n 120.000 militairen naar Nederlands-Indië om door militair ingrijpen de rust en de orde in het overzeese gebiedsdeel te herstellen. In dezelfde periode was ook sprake van een dienstweigergolf in Nederland. Duizenden dienstplichtigen verdomden het naar Indië te gaan om tegen de Indonesische vrijheidsstrijders te vechten. De strijd tegen de Duitsers in eigen land lag nog te vers in het geheugen. Vierduizend Indonesiëweigeraars werden in die jaren tot fikse gevangenisstraffen veroordeeld, die ze in verschillende militaire en niet-militaire gevangenis moesten uitzitten.
Het hoge aantal dienstweigeraars zorgde voor een hoge druk op de bestaande gevangenissen. Om die te verlichten wordt op 16 september 1948 het kamp Bankenbosch bij het Drentse Veenhuizen als speciaal interneringskamp voor Indonesiëweigeraars geopend. Bankenbosch was een open inrichting met bouwland, vee en werkplaatsen voor de productie van kleding, meubelen en brood. Het werk was gevarieerd en de weigeraars hadden veel mogelijkheden voor gemeenschappelijke activiteiten.
Ondanks hun gevangenschap en veel moeilijke momenten bewaren veel Indonesiëweigeraars goede herinneringen aan hun periode in Bankenbosch. “Het was er een stuk vrijer dan in Fort Spijkerboor”, herinnerde een Zaanse weigeraar zich vijftig jaar na dato. “Je had in Bankenbosch een ontzettend goed verenigingsleven. Je had er een voetbalclub, een handbalclub, een schaakvereniging, een damvereniging, een zangvereniging, noem maar op. Wandelverenigingen hadden we er zelfs. Dan wandelden we buiten de gevangenis.” De kunstenaar Bill Goddijn maakte er prachtige tekeningen, zoals die hierboven van de poort van Bankenbosch met het cynische commentaar: "... ende vreest niet, Roffel is met U!". Roffel was de gevangenisdirecteur.
In Veenhuizen kwamen de weigeraars vaak in contact met Duitse oorlogsmisdadigers. Dat kwam keihard aan, omdat de Tweede Wereldoorlog juist een belangrijke rol speelde in de motivatie van veel weigeraars om niet naar Indië te gaan. Sommigen hadden al in de oorlog ondergedoken of gevangen gezeten wegens het ontduiken van de arbeidsdienst in Duitsland of wegens verzetsactiviteiten. Dat ze hun straf vaak in dezelfde gevangenissen moesten uitzitten als de SS'ers en hun Nederlandse handlangers was wrang. Vaak hadden de weigeraars zelfs het gevoel dat ze werden achtergesteld bij de oorlogsmisdadigers. De Groningse communist Joop van Zanten (in de jaren zeventig Gronings wethouder in het linkse college met Wallage en Max van den Berg), die in de oorlog tot aan zijn nek in de verzetsactiviteiten zat, vertelde me jaren geleden dat hij in 1950 voor een medische behandeling met een bus naar Groningen ging. “Ik moest in mijn boevenpak, de SS’ers mochten netjes in burgerkloffie”. In Groningen vroeg Van Zanten iemand zijn vrouw te halen. Ze mochten echter nauwelijks met elkaar praten, terwijl de NSB’ers ‘s middags zelf de stad in konden. Als ze om zes uur maar weer bij de bus waren.
Door het afnemende aantal Indonesiëweigeraars werd Bankenbosch op 25 juli 1951 voor die categorie delinquenten gesloten. De laatste weigeraars werden overgeplaatst naar de gevangenis in het voormalige Duitse concentratiekamp Vught. Dat was volgens veel ooggetuigen weer een stuk minder prettig dan op het Drentse land. Jarenlang heeft Bankenbosch daarna dienst gedaan als gevangenis voor alcomobilisten. De laatste jaren is het "gewoon" een zwaar bewaakte Penitentiaire Inrichting, zoals de foto hieronder toont.
Erik de Graaf
Het hoge aantal dienstweigeraars zorgde voor een hoge druk op de bestaande gevangenissen. Om die te verlichten wordt op 16 september 1948 het kamp Bankenbosch bij het Drentse Veenhuizen als speciaal interneringskamp voor Indonesiëweigeraars geopend. Bankenbosch was een open inrichting met bouwland, vee en werkplaatsen voor de productie van kleding, meubelen en brood. Het werk was gevarieerd en de weigeraars hadden veel mogelijkheden voor gemeenschappelijke activiteiten.
Ondanks hun gevangenschap en veel moeilijke momenten bewaren veel Indonesiëweigeraars goede herinneringen aan hun periode in Bankenbosch. “Het was er een stuk vrijer dan in Fort Spijkerboor”, herinnerde een Zaanse weigeraar zich vijftig jaar na dato. “Je had in Bankenbosch een ontzettend goed verenigingsleven. Je had er een voetbalclub, een handbalclub, een schaakvereniging, een damvereniging, een zangvereniging, noem maar op. Wandelverenigingen hadden we er zelfs. Dan wandelden we buiten de gevangenis.” De kunstenaar Bill Goddijn maakte er prachtige tekeningen, zoals die hierboven van de poort van Bankenbosch met het cynische commentaar: "... ende vreest niet, Roffel is met U!". Roffel was de gevangenisdirecteur.
In Veenhuizen kwamen de weigeraars vaak in contact met Duitse oorlogsmisdadigers. Dat kwam keihard aan, omdat de Tweede Wereldoorlog juist een belangrijke rol speelde in de motivatie van veel weigeraars om niet naar Indië te gaan. Sommigen hadden al in de oorlog ondergedoken of gevangen gezeten wegens het ontduiken van de arbeidsdienst in Duitsland of wegens verzetsactiviteiten. Dat ze hun straf vaak in dezelfde gevangenissen moesten uitzitten als de SS'ers en hun Nederlandse handlangers was wrang. Vaak hadden de weigeraars zelfs het gevoel dat ze werden achtergesteld bij de oorlogsmisdadigers. De Groningse communist Joop van Zanten (in de jaren zeventig Gronings wethouder in het linkse college met Wallage en Max van den Berg), die in de oorlog tot aan zijn nek in de verzetsactiviteiten zat, vertelde me jaren geleden dat hij in 1950 voor een medische behandeling met een bus naar Groningen ging. “Ik moest in mijn boevenpak, de SS’ers mochten netjes in burgerkloffie”. In Groningen vroeg Van Zanten iemand zijn vrouw te halen. Ze mochten echter nauwelijks met elkaar praten, terwijl de NSB’ers ‘s middags zelf de stad in konden. Als ze om zes uur maar weer bij de bus waren.
Door het afnemende aantal Indonesiëweigeraars werd Bankenbosch op 25 juli 1951 voor die categorie delinquenten gesloten. De laatste weigeraars werden overgeplaatst naar de gevangenis in het voormalige Duitse concentratiekamp Vught. Dat was volgens veel ooggetuigen weer een stuk minder prettig dan op het Drentse land. Jarenlang heeft Bankenbosch daarna dienst gedaan als gevangenis voor alcomobilisten. De laatste jaren is het "gewoon" een zwaar bewaakte Penitentiaire Inrichting, zoals de foto hieronder toont.
Erik de Graaf
maandag 15 september 2008
Dobben boven Warffum
Een dikke twintig dobben zijn enkele jaren geleden in een klein gebied boven Warffum geïnventariseerd door de Landschapsbeheer Groningen en de Stichting Natuur en Landschap Eemsmond. Twee ervan, de nummer Em004 en Em005 (zie kaart uit het Herstelplan) zijn nu in acuut gevaar (ik schreef daarover eergisteren).
Een landbouwer wil ze dempen, omdat ze wat “onhandig verspreid” over zijn land liggen. De eerste voorbereidingen zijn al getroffen. Langs de rand van een van de dobben, waarin lang wat reetjes rust en voedsel zochten, liggen al hoge bergen grond ter demping. Op de foto bij het stukje van eergisteren is dat goed te zien.
De twee dobben zijn enkele jaren geleden in het kader van het Herstelplan Poelen en Dobben in de gemeente Eemsmond geïnventariseerd. De twee staan helaas niet in het bestemmingsplan. Politiek is er voor gekozen het herstel door overtuiging en met subsidiëring te organiseren en niet met de “planologische dwang” van het bestemmingsplan. Dat vraagt om een inspanningsverplichting van de gemeente.
Enkele jaren later is al eens een poging tot demping van de dobben een een oude kwelderkreek verhinderd. De beroepscommissie van het waterschap erkende toen dat niet gedempt mocht worden. “Behalve de zorg voor de afwatering heeft het waterschap ook rekening te houden met cultuurhistorische en landschappelijke factoren”, aldus de commissie indertijd.
Nu lijkt de recente geschiedenis zich te herhalen. Opnieuw wordt grond verzet met het doel een stukje cultuurhistorie uit te gummen. Inmiddels zijn al heel wat verontruste omwonenden in discussie met gemeente of waterschap in de hoop dat de twee dobben en de Kromme Riet, de kwelderkreek die doorkronkelt tot aan de waddendijk behouden blijven.
Erik de Graaf
Een landbouwer wil ze dempen, omdat ze wat “onhandig verspreid” over zijn land liggen. De eerste voorbereidingen zijn al getroffen. Langs de rand van een van de dobben, waarin lang wat reetjes rust en voedsel zochten, liggen al hoge bergen grond ter demping. Op de foto bij het stukje van eergisteren is dat goed te zien.
De twee dobben zijn enkele jaren geleden in het kader van het Herstelplan Poelen en Dobben in de gemeente Eemsmond geïnventariseerd. De twee staan helaas niet in het bestemmingsplan. Politiek is er voor gekozen het herstel door overtuiging en met subsidiëring te organiseren en niet met de “planologische dwang” van het bestemmingsplan. Dat vraagt om een inspanningsverplichting van de gemeente.
Enkele jaren later is al eens een poging tot demping van de dobben een een oude kwelderkreek verhinderd. De beroepscommissie van het waterschap erkende toen dat niet gedempt mocht worden. “Behalve de zorg voor de afwatering heeft het waterschap ook rekening te houden met cultuurhistorische en landschappelijke factoren”, aldus de commissie indertijd.
Nu lijkt de recente geschiedenis zich te herhalen. Opnieuw wordt grond verzet met het doel een stukje cultuurhistorie uit te gummen. Inmiddels zijn al heel wat verontruste omwonenden in discussie met gemeente of waterschap in de hoop dat de twee dobben en de Kromme Riet, de kwelderkreek die doorkronkelt tot aan de waddendijk behouden blijven.
Erik de Graaf
zaterdag 13 september 2008
Cultuurhistorie boven Warffum in gevaar
Honderden dobben zijn terug te vinden in het Groningse cultuurlandschap. Eeuwen geleden werden ze gegraven als drinkplaats voor het vee in de hoger gelegen agrarische landschappen. Tegenwoordig worden ze erkend als cultuurhistorisch waardevol. In de laatste jaren zijn veel (voormalige) drinkpoelen opnieuw uitgegegraven of in oude luister hersteld.
Soms gaat het ook mis, omdat eeuwenoude landschapselementen een sta-in-de-weg zijn voor efficiënt rechttoe-rechtaan werkende boeren. In 2004 bijvoorbeeld, toen het waterschap Noorderzijlvest toestemming verleende om twee dobben en een meanderende kwelderkreek boven de Oudendijk in Warffum te dempen. Omwonenden dienden hiertegen bezwaren in, samen met de Stichting Natuur en Landschap Eemsmond en de Milieufederatie. Met succes. De bezwarencommissie stelde dat het waterschap bij het verlenen van vergunningen niet alleen op de waterhuishouding moet toetsen, maar ook landschappelijke en cultuurhistorische waarden bij haar beslissingen moet betrekken.
Eind goed, al goed, denk je dan. Toch keken omwonenden de laatste tijd weer verontrust naar de bergen grond, die naar een van de dobben werden vervoerd. Alles lijkt erop dat een nieuwe poging wordt gewaagd een stukje cultuurhistorie uit te gummen. De dobben en de kwelderkreek, de Kromme Riet, staan weer onder druk. Hopelijk valt het gevaar opnieuw te keren.
Erik de Graaf
Soms gaat het ook mis, omdat eeuwenoude landschapselementen een sta-in-de-weg zijn voor efficiënt rechttoe-rechtaan werkende boeren. In 2004 bijvoorbeeld, toen het waterschap Noorderzijlvest toestemming verleende om twee dobben en een meanderende kwelderkreek boven de Oudendijk in Warffum te dempen. Omwonenden dienden hiertegen bezwaren in, samen met de Stichting Natuur en Landschap Eemsmond en de Milieufederatie. Met succes. De bezwarencommissie stelde dat het waterschap bij het verlenen van vergunningen niet alleen op de waterhuishouding moet toetsen, maar ook landschappelijke en cultuurhistorische waarden bij haar beslissingen moet betrekken.
Eind goed, al goed, denk je dan. Toch keken omwonenden de laatste tijd weer verontrust naar de bergen grond, die naar een van de dobben werden vervoerd. Alles lijkt erop dat een nieuwe poging wordt gewaagd een stukje cultuurhistorie uit te gummen. De dobben en de kwelderkreek, de Kromme Riet, staan weer onder druk. Hopelijk valt het gevaar opnieuw te keren.
Erik de Graaf
donderdag 11 september 2008
11 september 2001: de familie Yalcin
11 september 2001 op mijn werk bij Vluchtelingenwerk in het AZC in Ulrum: een Koerdisch gezin dreigde te worden gescheiden. Een ingewikkelde kwestie, zoals zovaak, waarmee de getroffen vluchtelingen in een laat stadium op ons kantoor aankwamen. Ook dat gebeurde vaker.
Jarenlang had het gezin in Duitsland gewoond. Een verblijfsvergunning hadden ze er niet gekregen. Nadat ze weer een jaar in Turkije hadden geleefd hadden ze toch weer moeten vluchten. Nu naar Nederland. Eerst vader, moeder en dochter. Later de twee zonen, onafhankelijk van elkaar. Na maandenlang in drie verschillende AZC’s te hebben geleefd werden ze herenigd in Noord-Groningen. Doordat ze ruim na elkaar asiel hadden aangevraagd zaten de procedures in verschillende stadia. Op 12 september 2001 zou de vreemdelingenpolitie de ouders en de dochter uit het AZC halen en in het kader van het Schengen Accoord naar Duitsland brengen. De jongens, 18 en 20 jaar oud, mochten wel in Nederland blijven.
Op 11 september 2001 heb ik hemel en aarde bewogen om het gezin bijelkaar in Ulrum te houden. Advocaten gebeld, met COA overlegd, met Koerdische organisaties gesproken, faxen verstuurd en (nadat GroenLinks niet reageerde) de SP-fractie bewogen kamervragen te stellen over deze kwestie, die toch zo in strijd leek met de rechten van de mens en van het kind en ook van het recht op goed fatsoen. De kamervragen hadden een opschortende werking, maar toen was het zaak de uitlevering van de volgende ochtend te stoppen. Dat leek te lukken, maar voor de zekerheid vertrokken vader, moeder en dochter toch voor een nachtje naar vrienden in Groningen. Toen we om half zes opgelucht achterover zakten zei de oudste zoon: “toch is ons probleem maar peanuts in vergelijking met wat er elders op de wereld gebeurt”. Ik begreep zijn relativerende woorden niet. Pas later, toen ik de sleutel van mijn kantoor bij de portier van het AZC afleverde, werd me verteld wat drie uur eerder in New York gebeurd was.
De volgende ochtend om half zeven belde de Vreemdelingenpolitie me thuis wakker. Of ik wist waar de Yalcins waren, ze waren niet op hun kamer in het AZC. Of hij dan niet wist dat de uitzetting door de kamervragen opgeschort was, antwoordde ik. Nee, daarover wist hij niets. Ik ben benieuwd wat er geworden is van de familie Yalcin.
Erik de Graaf
Jarenlang had het gezin in Duitsland gewoond. Een verblijfsvergunning hadden ze er niet gekregen. Nadat ze weer een jaar in Turkije hadden geleefd hadden ze toch weer moeten vluchten. Nu naar Nederland. Eerst vader, moeder en dochter. Later de twee zonen, onafhankelijk van elkaar. Na maandenlang in drie verschillende AZC’s te hebben geleefd werden ze herenigd in Noord-Groningen. Doordat ze ruim na elkaar asiel hadden aangevraagd zaten de procedures in verschillende stadia. Op 12 september 2001 zou de vreemdelingenpolitie de ouders en de dochter uit het AZC halen en in het kader van het Schengen Accoord naar Duitsland brengen. De jongens, 18 en 20 jaar oud, mochten wel in Nederland blijven.
Op 11 september 2001 heb ik hemel en aarde bewogen om het gezin bijelkaar in Ulrum te houden. Advocaten gebeld, met COA overlegd, met Koerdische organisaties gesproken, faxen verstuurd en (nadat GroenLinks niet reageerde) de SP-fractie bewogen kamervragen te stellen over deze kwestie, die toch zo in strijd leek met de rechten van de mens en van het kind en ook van het recht op goed fatsoen. De kamervragen hadden een opschortende werking, maar toen was het zaak de uitlevering van de volgende ochtend te stoppen. Dat leek te lukken, maar voor de zekerheid vertrokken vader, moeder en dochter toch voor een nachtje naar vrienden in Groningen. Toen we om half zes opgelucht achterover zakten zei de oudste zoon: “toch is ons probleem maar peanuts in vergelijking met wat er elders op de wereld gebeurt”. Ik begreep zijn relativerende woorden niet. Pas later, toen ik de sleutel van mijn kantoor bij de portier van het AZC afleverde, werd me verteld wat drie uur eerder in New York gebeurd was.
De volgende ochtend om half zeven belde de Vreemdelingenpolitie me thuis wakker. Of ik wist waar de Yalcins waren, ze waren niet op hun kamer in het AZC. Of hij dan niet wist dat de uitzetting door de kamervragen opgeschort was, antwoordde ik. Nee, daarover wist hij niets. Ik ben benieuwd wat er geworden is van de familie Yalcin.
Erik de Graaf
vrijdag 29 augustus 2008
Blunder Eemshavenweg kost "maar" een miljoentje
In recordtempo werden onze GroenLinkse vragen aan het college over de panne bij de renovatie van de Eemshavenweg beantwoord. Vorige week donderdag ingediend, dinsdagavond beantwoord. Hulde, maar het ging dan ook om een flinke blunder die afgelopen woensdag nog in de Commissie Economie & Mobiliteit aan de orde gesteld kon worden.
Vorige week meldde het Dagblad van het Noorden dat de Eemshavenweg, oftewel de N46 van Groningen naar de Eemshaven, na de renovatie van de afgelopen maanden een te smalle verharding naast de lijnen had. Volgens de gedeputeerde was het een kwestie van belijning, dat eenvoudig en voor weinig geld op te lossen was.
Uit de beantwoording van de vragen bleek dat de zaak toch wat ernstiger en ook kostbaarder was dan de gedeputeerde op RTV Noord deed geloven. Het herstel zal toch weer een week of acht in beslag nemen, nadat de weg net maandenlang traject voor traject afgesloten is geweest. En het zal weer een slordig miljoentje kosten. Opvallend dat de gedeputeerde altijd wel weer geld vindt in een hoekje van het provinciehuis als het de financiering van blunders gaat.
Erik de Graaf
Vorige week meldde het Dagblad van het Noorden dat de Eemshavenweg, oftewel de N46 van Groningen naar de Eemshaven, na de renovatie van de afgelopen maanden een te smalle verharding naast de lijnen had. Volgens de gedeputeerde was het een kwestie van belijning, dat eenvoudig en voor weinig geld op te lossen was.
Uit de beantwoording van de vragen bleek dat de zaak toch wat ernstiger en ook kostbaarder was dan de gedeputeerde op RTV Noord deed geloven. Het herstel zal toch weer een week of acht in beslag nemen, nadat de weg net maandenlang traject voor traject afgesloten is geweest. En het zal weer een slordig miljoentje kosten. Opvallend dat de gedeputeerde altijd wel weer geld vindt in een hoekje van het provinciehuis als het de financiering van blunders gaat.
Erik de Graaf
donderdag 28 augustus 2008
Defensie bezet Groningse camping
Het zal je gebeuren. Je zit rustig op de camping voor je tent en plotseling valt het Nederlandse leger binnen. Het gebeurde in juli op camping Roodehaan in het Noord-Groningse Warfhuizen. Zonder enige aankondiging of vorm van overleg was de camping het middelpunt van een militaire oefening van tientallen militairen en hun materieel. Tot grote schrik van de campinggasten.
Eergisteravond behandelde de gemeenteraad van De Marne een boze brief van de campingbaas. De burgemeester zei verbijsterd te zijn over de militaire actie en had de verantwoordelijke commandant op het matje geroepen. “Een camping bezetten, wie haalt het in zijn hoofd”. Volgens de burgemeester zijn harde afspraken gemaakt om te voorkomen dat Defensie “voor de zoveelste keer” de regels overtreedt.
In 2002 was ik zelf getuige van een schandelijke militaire oefening in het Marnegebied. Op een regenachtige najaarsdag sloegen zwaar gecamoufleerde militairen hun tenten op voor de hoofdingang van het asielzoekerscentrum in Ulrum. Snel sloeg de onrust toe onder de vaak al zwaar getraumatiseerde azc-bevolking. Medewerkers van COA en van Vluchtelingenwerk, waarvan ik indertijd coördinator was, hebben nog heel wat gesprekken moeten voeren om de bewoners zich weer veilig te laten voelen.
Erik de Graaf
Eergisteravond behandelde de gemeenteraad van De Marne een boze brief van de campingbaas. De burgemeester zei verbijsterd te zijn over de militaire actie en had de verantwoordelijke commandant op het matje geroepen. “Een camping bezetten, wie haalt het in zijn hoofd”. Volgens de burgemeester zijn harde afspraken gemaakt om te voorkomen dat Defensie “voor de zoveelste keer” de regels overtreedt.
In 2002 was ik zelf getuige van een schandelijke militaire oefening in het Marnegebied. Op een regenachtige najaarsdag sloegen zwaar gecamoufleerde militairen hun tenten op voor de hoofdingang van het asielzoekerscentrum in Ulrum. Snel sloeg de onrust toe onder de vaak al zwaar getraumatiseerde azc-bevolking. Medewerkers van COA en van Vluchtelingenwerk, waarvan ik indertijd coördinator was, hebben nog heel wat gesprekken moeten voeren om de bewoners zich weer veilig te laten voelen.
Erik de Graaf
vrijdag 22 augustus 2008
Duur foutje bij renovatie Eemshavenweg
Er is een kostbare fout gemaakt bij de renovatie van de Eemshavenweg, de N46 van Groningen naar de Eemshaven. De bermverharding blijkt aan beide kanten van de weg vijftien centimeter te smal. Dat berichtte het Dagblad van het Noorden gisteren.
Op TV Noord had de gedeputeerde Henk Bleker (CDA) het ’s avonds helemaal niet over een te smalle bermverharding. Volgens hem is het een kwestie van belijning. De lijnen zijn te dicht bij de rand van het asfalt aangebracht. Dat is het hele eiereten, leek de gedeputeerde te suggereren. Een foutje, maar relatief eenvoudig op te lossen.
Het is de vraag wie het bij het rechte eind heeft, het Dagblad of de gedeputeerde. Veel wijst erop dat Bleker mis zit en de blunder voor radio en tv bagatelliseerde. De fractie van GroenLinks heeft vandaag schriftelijke vragen ingediend. We willen een helder overzicht van de geconstateerde fouten. Ook willen we weten wie verantwoordelijk is voor de blunders en of het bericht klopt dat vanwege bezuinigingen geen puin is gestort ter versteviging van de kanten van de weg. Dat zou een schandaal zijn, omdat daarmee de veiligheid van de weggebruiker in het geding is. Bovendien vraagt GroenLinks waarom Bleker in het openbaar zo om de hete brij heen draaide met een theorie die zijn eigen ambtenaren toch vermoedelijk wel uit zijn hoofd hadden kunnen praten.
Het is duidelijk dat het laatste woord hierover nog niet is gesproken. Het kan nog wel eens een duur foutje blijken te zijn. Eerst wachten we de antwoorden maar af.
Erik de Graaf
Op TV Noord had de gedeputeerde Henk Bleker (CDA) het ’s avonds helemaal niet over een te smalle bermverharding. Volgens hem is het een kwestie van belijning. De lijnen zijn te dicht bij de rand van het asfalt aangebracht. Dat is het hele eiereten, leek de gedeputeerde te suggereren. Een foutje, maar relatief eenvoudig op te lossen.
Het is de vraag wie het bij het rechte eind heeft, het Dagblad of de gedeputeerde. Veel wijst erop dat Bleker mis zit en de blunder voor radio en tv bagatelliseerde. De fractie van GroenLinks heeft vandaag schriftelijke vragen ingediend. We willen een helder overzicht van de geconstateerde fouten. Ook willen we weten wie verantwoordelijk is voor de blunders en of het bericht klopt dat vanwege bezuinigingen geen puin is gestort ter versteviging van de kanten van de weg. Dat zou een schandaal zijn, omdat daarmee de veiligheid van de weggebruiker in het geding is. Bovendien vraagt GroenLinks waarom Bleker in het openbaar zo om de hete brij heen draaide met een theorie die zijn eigen ambtenaren toch vermoedelijk wel uit zijn hoofd hadden kunnen praten.
Het is duidelijk dat het laatste woord hierover nog niet is gesproken. Het kan nog wel eens een duur foutje blijken te zijn. Eerst wachten we de antwoorden maar af.
Erik de Graaf
woensdag 13 augustus 2008
Berlijnse Muur (1961 - 1989 - 2008)
Het is weer 13 augustus. In 1961 werd de Berlijnse Muur gebouwd, die het symbool werd van de Koude Oorlog. De val van de Muur op 9 november 1989 markeerde ook het einde van die strijd tussen oost en west. Bij het 25-jarig jubileum van de Muur, op 13 augustus 1986, maakten we met de Werkgroep Antimilitarisme Overal de scheiding van een stad zichtbaar in de Herenstraat in Groningen. Een zelfgemaakte Muur verdeelde Groningen-West van Groningen-Oost. Acteurs maakten karikaturen van de Amerikaanse en Russische contrahenten. Vredesbewegers paradeerden als NAVO- of Warschaupact-soldaten langs hun kant van de Groningse Muur.
Zachte actie in Groningen. Veel leuke reacties, een leuke dag.
Erik de Graaf
Zachte actie in Groningen. Veel leuke reacties, een leuke dag.
Erik de Graaf
zaterdag 9 augustus 2008
Chinees goud op onderdeel Olympiaboycot
Ik ben wéér niet geselecteerd, maar ik had dan ook al in een vroeg stadium aangekondigd dat ik vanwege de mensenrechtensituatie niet naar China zou gaan. De Chinese regering doet er ondertussen alles aan om te voorkomen dat de Olympische Spelen gepolitiseerd worden.
Maar wat blijkt? China is recordhouder in het boycotten van Olympische Spelen om… u raadt het al: politieke redenen. Al in 1956 bleef China afwezig bij de spelen van Melbourne, omdat het IOC kort daarvoor Taiwan als lid had toegelaten. En dat paste niet in Pekings “één-China-politiek” (Nederland boycotte toen overigens mee, maar dan vanwege de inval van de Russen in Hongarije). Twee jaar later stapte China zelfs uit het IOC, omdat dat volhardde in het Taiwanese lidmaatschap. Om dezelfde reden waren de Chinezen afwezig in Rome in 1960, Tokio in 1964, Mexico Stad in 1968, München in 1972 en Montreal in 1976.
In 1979 keerde China terug in het IOC, omdat Taiwan voortaan als Chinees Taipei moest deelnemen. Dat betekende niet dat China enthousiast meesportte in 1980 in Moskou. De Russische inval in Afghanistan was reden voor opnieuw een boycot, ditmaal in het spoor van de Verenigde Staten (Nederland deed opmerkelijk genoeg wel mee in Moskou). Sinds 1984 (Los Angelos) is China trouw aanwezig op de Olympia, zelfs in Zuid-Korea in 1988.
De eerste olympische medaille van 2008 is een soort oeuvreprijs: 7 x olympische boycot voor China. Hoezo gaan sport en politiek niet samen?
Erik de Graaf
Maar wat blijkt? China is recordhouder in het boycotten van Olympische Spelen om… u raadt het al: politieke redenen. Al in 1956 bleef China afwezig bij de spelen van Melbourne, omdat het IOC kort daarvoor Taiwan als lid had toegelaten. En dat paste niet in Pekings “één-China-politiek” (Nederland boycotte toen overigens mee, maar dan vanwege de inval van de Russen in Hongarije). Twee jaar later stapte China zelfs uit het IOC, omdat dat volhardde in het Taiwanese lidmaatschap. Om dezelfde reden waren de Chinezen afwezig in Rome in 1960, Tokio in 1964, Mexico Stad in 1968, München in 1972 en Montreal in 1976.
In 1979 keerde China terug in het IOC, omdat Taiwan voortaan als Chinees Taipei moest deelnemen. Dat betekende niet dat China enthousiast meesportte in 1980 in Moskou. De Russische inval in Afghanistan was reden voor opnieuw een boycot, ditmaal in het spoor van de Verenigde Staten (Nederland deed opmerkelijk genoeg wel mee in Moskou). Sinds 1984 (Los Angelos) is China trouw aanwezig op de Olympia, zelfs in Zuid-Korea in 1988.
De eerste olympische medaille van 2008 is een soort oeuvreprijs: 7 x olympische boycot voor China. Hoezo gaan sport en politiek niet samen?
Erik de Graaf
Regie
Vanochtend schreef David Rietveld over het belang dat bij GroenLinks in Den Haag (lokaal bedoel ik) aan persberichten wordt gehecht. Elk persbericht wordt door minstens twee anderen, in gevoelige zaken zelfs door vijf, nagekeken. Rietveld betwijfelt of dat bij de persberichten van de Tweede Kamerfractie ook zo gaat.
Het is de vraag of een uitnodiging voor een boekpresentatie van de fractie uitgaat, maar beter was het geweest als Wijnand daar ook wat vreemde blikken op had laten werpen. Dat vindt hij inmiddels vermoedelijk zelf ook wel. David Rietveld noemt nog enkele missers, waarin blijkt dat de partijleiding niet adequaat op de ophef heeft gereageerd. Ik kan me grotendeels in zijn analyse vinden.
Vanmiddag vond ik tussen mijn mail een nieuw slecht opgesteld persbericht (wel met kop, maar zonder staart!), dat sterk de indruk wekt dat Wijnand weer alleen op kantoor was. In het bericht verdedigt Wijnand zichzelf tegen de beschuldiging van De Telegraaf dat hij wel degelijk RaRa-verdachte zou zijn geweest. Los van de kwaliteit van het persbericht verbaas ik me erover dat Wijnand deze verdediging zelf moest schrijven (als er überhaupt al op zulke “ouwe koeien” gereageerd moet worden). Het komt zo wat klungelig en wanhopig over. Waar is de partijleiding? Waar is Femke? Dag, dag!, staat er op haar weblog, maar wie voert ondertussen de regie bij GroenLinks in deze “onnodige noodtoestand”?
Erik de Graaf
Het is de vraag of een uitnodiging voor een boekpresentatie van de fractie uitgaat, maar beter was het geweest als Wijnand daar ook wat vreemde blikken op had laten werpen. Dat vindt hij inmiddels vermoedelijk zelf ook wel. David Rietveld noemt nog enkele missers, waarin blijkt dat de partijleiding niet adequaat op de ophef heeft gereageerd. Ik kan me grotendeels in zijn analyse vinden.
Vanmiddag vond ik tussen mijn mail een nieuw slecht opgesteld persbericht (wel met kop, maar zonder staart!), dat sterk de indruk wekt dat Wijnand weer alleen op kantoor was. In het bericht verdedigt Wijnand zichzelf tegen de beschuldiging van De Telegraaf dat hij wel degelijk RaRa-verdachte zou zijn geweest. Los van de kwaliteit van het persbericht verbaas ik me erover dat Wijnand deze verdediging zelf moest schrijven (als er überhaupt al op zulke “ouwe koeien” gereageerd moet worden). Het komt zo wat klungelig en wanhopig over. Waar is de partijleiding? Waar is Femke? Dag, dag!, staat er op haar weblog, maar wie voert ondertussen de regie bij GroenLinks in deze “onnodige noodtoestand”?
Erik de Graaf
vrijdag 8 augustus 2008
Wijnand
Wijnand Duyvendak is in opspraak doordat hij heeft bekend in 1985 te hebben ingebroken bij het Ministerie van Economische Zaken. Bij die inbraak werden documenten over plannen voor nieuwe kerncentrales in Nederland buitgemaakt.
Al jarenlang is bekend dat Duyvendak in de jaren tachtig tot de radicale tak van de linkse beweging behoorde. Regelmatig werd hij in verband gebracht met acties uit het verleden. De bekentenis kan dan ook nauwelijks verbazen. Ik juich het toe dat hij er nu (eindelijk) mee op de proppen komt. In zijn boek, zo begrijp ik uit de voorbeschouwingen, kijkt Wijnand terug op zijn ontwikkeling tot GroenLinks parlementair politicus. Zijn radicale actieverleden is een fase in zijn politieke biografie, waar hij niet omheen kan en blijkbaar ook niet wil. Het gaat erom hoe hij die fase in het boek beoordeelt. Daarnaar ben ik dan ook erg benieuwd.
In Nova gaf Wijnand gisteravond toe dat hij de publiciteit deze week niet slim heeft aangepakt. Een schuldbekentenis in een uitnodiging voor een boekpresentatie is ook een uitnodiging tot ongebreideld speculeren in pers en politiek. Beter had hij zijn onthulling kunnen bewaren voor de presentatie op 20 augustus, waardoor niet de pers en de politiek maar hijzelf de nuances had kunnen aanbrengen. Clairy Polak probeerde Wijnand ook spijt te laten betuigen voor de inbraak in 1985 zelf. Daar kwam hij voor mijn gevoel niet soepel uit. Hij gaf aan dat hij dergelijke acties nu afwijst en contraproductief acht en dat de parlementaire politiek in zijn politieke ontwikkeling het primaat heeft gekregen. Een mea culpa voor de inbraak zelf kreeg hij niet (of niet duidelijk?) over zijn lippen, waarschijnlijk omdat hij niet in één klap zijn halve politieke Werdegang in twijfel wilde trekken.
De discussie doet me een beetje denken aan de ophef van een paar jaar geleden over de “straatvechtersfoto” van de Grüne minister van Buitenlandse Zaken Joschka Fischer. Hij plaatste de klappen die hij op een demonstratie in Frankfurt aan de politieagent uitdeelde in het perspectief van de jaren zeventig, maar ook in zijn persoonlijke politieke biografie. Zijn radicale tijd was een deel van zijn politieke ontwikkeling. Zonder die periode was hij niet geworden wie hij was, stelde hij. Dat vond ik sterk. De politieke tegenstanders deden wel pogingen aan zijn ministersstoel te zagen, maar hij bleef fier overeind.
Hopelijk blijft ook Wijnand overeind. Laat iedereen blij zijn dat die “boef” van weleer een uitstekend parlementariër is geworden, die zijn methoden van voorheen duidelijk achter zich gelaten heeft. En dat hij zowel toen als nu geweld zoals bij de Makrobranden afwees. Hij zei het in Nova en ik geloof dat het zo is.
Erik de Graaf
Al jarenlang is bekend dat Duyvendak in de jaren tachtig tot de radicale tak van de linkse beweging behoorde. Regelmatig werd hij in verband gebracht met acties uit het verleden. De bekentenis kan dan ook nauwelijks verbazen. Ik juich het toe dat hij er nu (eindelijk) mee op de proppen komt. In zijn boek, zo begrijp ik uit de voorbeschouwingen, kijkt Wijnand terug op zijn ontwikkeling tot GroenLinks parlementair politicus. Zijn radicale actieverleden is een fase in zijn politieke biografie, waar hij niet omheen kan en blijkbaar ook niet wil. Het gaat erom hoe hij die fase in het boek beoordeelt. Daarnaar ben ik dan ook erg benieuwd.
In Nova gaf Wijnand gisteravond toe dat hij de publiciteit deze week niet slim heeft aangepakt. Een schuldbekentenis in een uitnodiging voor een boekpresentatie is ook een uitnodiging tot ongebreideld speculeren in pers en politiek. Beter had hij zijn onthulling kunnen bewaren voor de presentatie op 20 augustus, waardoor niet de pers en de politiek maar hijzelf de nuances had kunnen aanbrengen. Clairy Polak probeerde Wijnand ook spijt te laten betuigen voor de inbraak in 1985 zelf. Daar kwam hij voor mijn gevoel niet soepel uit. Hij gaf aan dat hij dergelijke acties nu afwijst en contraproductief acht en dat de parlementaire politiek in zijn politieke ontwikkeling het primaat heeft gekregen. Een mea culpa voor de inbraak zelf kreeg hij niet (of niet duidelijk?) over zijn lippen, waarschijnlijk omdat hij niet in één klap zijn halve politieke Werdegang in twijfel wilde trekken.
De discussie doet me een beetje denken aan de ophef van een paar jaar geleden over de “straatvechtersfoto” van de Grüne minister van Buitenlandse Zaken Joschka Fischer. Hij plaatste de klappen die hij op een demonstratie in Frankfurt aan de politieagent uitdeelde in het perspectief van de jaren zeventig, maar ook in zijn persoonlijke politieke biografie. Zijn radicale tijd was een deel van zijn politieke ontwikkeling. Zonder die periode was hij niet geworden wie hij was, stelde hij. Dat vond ik sterk. De politieke tegenstanders deden wel pogingen aan zijn ministersstoel te zagen, maar hij bleef fier overeind.
Hopelijk blijft ook Wijnand overeind. Laat iedereen blij zijn dat die “boef” van weleer een uitstekend parlementariër is geworden, die zijn methoden van voorheen duidelijk achter zich gelaten heeft. En dat hij zowel toen als nu geweld zoals bij de Makrobranden afwees. Hij zei het in Nova en ik geloof dat het zo is.
Erik de Graaf
woensdag 6 augustus 2008
De brug bij Tinallinge
Twee jaar geleden had de gemeente Winsum al bijna een sloopvergunning verleend voor de Nieuwe Til (Gronings voor brug) over de Rasquerdermaar ter hoogte van Tinallinge. Gelukkig trokken oplettende omwonenden aan de bel. Door hun speurwerk bleek net op tijd dat de oude Peerdentil al in december 2000 tot Rijksmonument was uitgeroepen. Het waterschap Noorderzijlvest mocht de cultuurhistorische brug dus niet slopen en vervangen door een betonnen kolos.
Vandeweek las ik in de krant dat de monumentale brug in oude luister hersteld gaat worden. Het waterschap gaat de Peerdentil voor bijna een half miljoen restaureren. Mooi succesje voor de omwonenden, waar we allemaal van kunnen genieten.
Erik de Graaf
In september en oktober 2006 schreef ik al over de Peerdentil.
Vandeweek las ik in de krant dat de monumentale brug in oude luister hersteld gaat worden. Het waterschap gaat de Peerdentil voor bijna een half miljoen restaureren. Mooi succesje voor de omwonenden, waar we allemaal van kunnen genieten.
Erik de Graaf
In september en oktober 2006 schreef ik al over de Peerdentil.
vrijdag 1 augustus 2008
Warffumer bijenpoepschandaal
Warffum haalt de laatste dagen weer volop de landelijke pers. Zowel de Telegraaf als het Parool berichtten over het "Warffumer bijenpoepschandaal", waarover ik in december 2006 al eens schreef. Ook TV Noord wiijdde er gisteravond een item aan.
Autohandelaar Bakker trekt fel van leer tegen de schijtende bijten van imker Dirk Blanken. De autohandelaar beweert jaarlijks twintig- á dertigduizend euro schade op te lopen, omdat zijn uitgestalde occasions in bescheten staat minder goed verkoopbaar zijn. Bakker wekt bovendien de onzinnige indruk dat je in Warffum geen was buiten kunt hangen of veilig over straat kunt zonder door bijen geraakt te worden. Ik woon ongeveer net zover van Dirks bijenvolken als de autohandelaar. Inderdaad heb ik ook wel eens bijenpoepjes op mijn bolide. Ik veeg ze af en toe van het dak en heb niet de indruk dat ze schade aan de heilige koe veroorzaken. De heerlijke honing van Dirks bijen is me dan ook meer waard dan die paar poepjes.
De actie van een autohandelaar tegen de bijen van een imker lijkt mij de wereld op zijn kop. Auto’s staan volgens mij niet onmiddellijk bekend als milieuvriendelijk of gezond. Ook het wasgoed blijft niet altijd smetteloos wit door de uitlaatgassen. Een beetje terughoudendheid zou de autobranche passen. Straks moeten uit bescherming voor de autolak alle vogels uit de woonkernen worden verdreven. Vogelpoep bijt pas echt in de lak. Ook lindebomen lopen gevaar te worden gekapt, want daar moet je auto in de bloesemtijd ook niet onder geparkeerd staan.
In eerste instantie heeft de rechter de bezwaren van de autohandelaar van de hand gewezen. Autohandelaar Bakker laat het er echter niet bij zitten. In augustus dient het hoger beroep. Dan moet volgens de autohandelaar “duidelijk worden wat zwaarder weegt in dit land: de belangen van een bedrijf met acht medewerkers of de belangen van een hobbyimker” (citaat uit Ommelander Courant). De jurisprudentie lijkt me voorlopig in het voordeel van de bijen.
Erik de Graaf
Autohandelaar Bakker trekt fel van leer tegen de schijtende bijten van imker Dirk Blanken. De autohandelaar beweert jaarlijks twintig- á dertigduizend euro schade op te lopen, omdat zijn uitgestalde occasions in bescheten staat minder goed verkoopbaar zijn. Bakker wekt bovendien de onzinnige indruk dat je in Warffum geen was buiten kunt hangen of veilig over straat kunt zonder door bijen geraakt te worden. Ik woon ongeveer net zover van Dirks bijenvolken als de autohandelaar. Inderdaad heb ik ook wel eens bijenpoepjes op mijn bolide. Ik veeg ze af en toe van het dak en heb niet de indruk dat ze schade aan de heilige koe veroorzaken. De heerlijke honing van Dirks bijen is me dan ook meer waard dan die paar poepjes.
De actie van een autohandelaar tegen de bijen van een imker lijkt mij de wereld op zijn kop. Auto’s staan volgens mij niet onmiddellijk bekend als milieuvriendelijk of gezond. Ook het wasgoed blijft niet altijd smetteloos wit door de uitlaatgassen. Een beetje terughoudendheid zou de autobranche passen. Straks moeten uit bescherming voor de autolak alle vogels uit de woonkernen worden verdreven. Vogelpoep bijt pas echt in de lak. Ook lindebomen lopen gevaar te worden gekapt, want daar moet je auto in de bloesemtijd ook niet onder geparkeerd staan.
In eerste instantie heeft de rechter de bezwaren van de autohandelaar van de hand gewezen. Autohandelaar Bakker laat het er echter niet bij zitten. In augustus dient het hoger beroep. Dan moet volgens de autohandelaar “duidelijk worden wat zwaarder weegt in dit land: de belangen van een bedrijf met acht medewerkers of de belangen van een hobbyimker” (citaat uit Ommelander Courant). De jurisprudentie lijkt me voorlopig in het voordeel van de bijen.
Erik de Graaf
donderdag 31 juli 2008
Verboden onderbroeken
De onderbroek onder de zwembroek is tegenwoordig hip. Maar wel onhygiënisch, vinden ze in sommige zwembaden. Daarom wordt het her en der verboden. Vandaag was (het overigens door GroenLinks "geregeerde") Menterwolde aan de beurt om de voorpagina van het Dagblad van het Noorden te halen. “Zwemverbod voor Björn Borg-onderbroek”, luidde de kop.
“Haha”, zei mijn zoon (14), die de jongerencultuur van tegenwoordig beter volgt dan ik. “Waarom eigenlijk alleen Björn Borg? Er kunnen allerlei onderbroeken onder de zwembroek, tot aan de HEMA-onderbroek toe. Dat is gewoon cool, daar snappen die ouwe lullen niks van.”
Grijze bestuurders bemoeien zich weer eens met de jeugdcultuur, maar missen daarbij de juiste snaar. Op mijn middelbare school aan het begin van de jaren zeventig werd ik “omwille van de hygiëne” aangesproken op mijn lange haren. Dat vond ik lullig, want ze waren helemaal niet smerig. Niet lang daarvoor had de paus de bikini immoreel genoemd. En in 1956 gaf de burgemeester van Gouda schoorvoetend toestemming tot vertoning van Bill Haley’s film Rock around the clock, maar dan wel zonder geluid. Over begrip voor jeugdcultuur gesproken.
De jongeren moeten zelf maar bepalen wat ze aandoen. Eltjo heeft mijn zegen. Hij is met zijn Calvin Klein-onderbroek (zelfs in Menterwolde nog niet verboden!) naar het zwembad in Breede na eerst op de foto te zijn gegaan in het "zwembad" van de buren.
Erik de Graaf
“Haha”, zei mijn zoon (14), die de jongerencultuur van tegenwoordig beter volgt dan ik. “Waarom eigenlijk alleen Björn Borg? Er kunnen allerlei onderbroeken onder de zwembroek, tot aan de HEMA-onderbroek toe. Dat is gewoon cool, daar snappen die ouwe lullen niks van.”
Grijze bestuurders bemoeien zich weer eens met de jeugdcultuur, maar missen daarbij de juiste snaar. Op mijn middelbare school aan het begin van de jaren zeventig werd ik “omwille van de hygiëne” aangesproken op mijn lange haren. Dat vond ik lullig, want ze waren helemaal niet smerig. Niet lang daarvoor had de paus de bikini immoreel genoemd. En in 1956 gaf de burgemeester van Gouda schoorvoetend toestemming tot vertoning van Bill Haley’s film Rock around the clock, maar dan wel zonder geluid. Over begrip voor jeugdcultuur gesproken.
De jongeren moeten zelf maar bepalen wat ze aandoen. Eltjo heeft mijn zegen. Hij is met zijn Calvin Klein-onderbroek (zelfs in Menterwolde nog niet verboden!) naar het zwembad in Breede na eerst op de foto te zijn gegaan in het "zwembad" van de buren.
Erik de Graaf
woensdag 30 juli 2008
Vakantie
De vakantie zit er weer op. Veel cultuur genoten in Toscane, goed uitgerust en ter afsluiting van de vakantiepret nog wat sportieve dagen in de Alpen. Het wereldnieuws sijpelde maar mondjesmaat door tot onze camping bij Florence. Alleen op die dinsdagochtend wist Guido van een tent verder al vroeg te melden dat Karadzic was gearresteerd.
Gisteren weer thuis gekomen. Op de bank liggen ongelezen kranten te wachten op nauwkeuriger bestudering. Alles op zijn tijd. Eerst nog even bijkomen en nagenieten. Nog half waan ik me op het paadje langs de dikke middeleeuwse stadsmuur van San Gimignano. “Ik woon daar, aan die kant van het dorp”, vertelde de gepensioneerde Italiaan in de schaduw van de muur. “En elke dag loop ik hier voor een capuchino naar mijn bar aan de andere kant van het dorp”. Dat leek me ook wel wat. Althans, voor een poosje.
Erik de Graaf
Gisteren weer thuis gekomen. Op de bank liggen ongelezen kranten te wachten op nauwkeuriger bestudering. Alles op zijn tijd. Eerst nog even bijkomen en nagenieten. Nog half waan ik me op het paadje langs de dikke middeleeuwse stadsmuur van San Gimignano. “Ik woon daar, aan die kant van het dorp”, vertelde de gepensioneerde Italiaan in de schaduw van de muur. “En elke dag loop ik hier voor een capuchino naar mijn bar aan de andere kant van het dorp”. Dat leek me ook wel wat. Althans, voor een poosje.
Erik de Graaf
dinsdag 1 juli 2008
zondag 29 juni 2008
De wereld danst in Warffum
Warffum swingt deze week weer als vanouds. Honderden dansers uit de hele wereld geven het dorp in Noord-Groningen vanaf afgelopen woensdag veel kleur. Voor de 43e keer is Warffum in de ban van Op Roakeldais.
In de festivalhal zijn dagelijks schitterende optredens te zien, maar het hoogtepunt vind ik toch jaarlijks de optocht door het dorp. Gisteren dansten, musiceerden en zongen alle dansgroepen weer door de straten van Warffum. Een bonte tocht van Zuid- en Midden-Amerikanen, Aziaten, Afrikanen en Europeanen.
Vanmiddag zijn de laatste optredens van het festival. Vanavond wordt ongetwijfeld weer roerend afscheid genomen van de dansers, die allemaal zijn ondergebracht bij particulieren in Warffum en in dorpen in de wijde omgeving. Morgenochtend vertrekken onze twee tijdelijke gezinsleden Sabaliwe en Zandile uit Swaziland. Dat zal weer even wennen zijn zonder hen.
Erik de Graaf
In de festivalhal zijn dagelijks schitterende optredens te zien, maar het hoogtepunt vind ik toch jaarlijks de optocht door het dorp. Gisteren dansten, musiceerden en zongen alle dansgroepen weer door de straten van Warffum. Een bonte tocht van Zuid- en Midden-Amerikanen, Aziaten, Afrikanen en Europeanen.
Vanmiddag zijn de laatste optredens van het festival. Vanavond wordt ongetwijfeld weer roerend afscheid genomen van de dansers, die allemaal zijn ondergebracht bij particulieren in Warffum en in dorpen in de wijde omgeving. Morgenochtend vertrekken onze twee tijdelijke gezinsleden Sabaliwe en Zandile uit Swaziland. Dat zal weer even wennen zijn zonder hen.
Erik de Graaf
zondag 22 juni 2008
Scholier vreest 38 jaar gevangenis
Omar Kahn (18 jaar) zou deze week zijn diploma krijgen op de prestigieuze Amerikaanse Tesoro High School. In plaats daarvan zit hij nu in de bak. Hem hangt maximaal 38 jaar gevangenisstraf boven het hoofd, omdat hij tussen januari en mei in de school en haar computersysteem inbrak om zijn eigen cijfers en die van twaalf medescholieren te verhogen.
Niet zo slim van Omar. Zowel inbreken als hacken zijn verboden en leveren logischerwijs een fikse straf op. De Amerikaanse officier van justitie pakte deze kwestie serieus aan en kwam met een lijst van 69 strafbare feiten, waarop een maximale totale straf van 38 jaar gevangenis op staat.
Deze zaak toont niet alleen de onnozelheid van Omar, die zijn neus beter in de boeken had kunnen steken, maar ook de toenemende druk op scholieren in de Verenigde Staten. Wie naar een goede universiteit wil moet hoge eindcijfers hebben, bovendien een grote ambitie bewijzen en een fiks geldbedrag op tafel leggen.
Het is de vraag of Omar de ernst van zijn daden van tevoren heeft ingezien. Een fikse HALT-straf is hier zeker op zijn plaats, maar het zou toch een dol voor woorden zijn als een jongen van 18 daarvoor langdurig zou worden opgesloten.
Erik de Graaf
Niet zo slim van Omar. Zowel inbreken als hacken zijn verboden en leveren logischerwijs een fikse straf op. De Amerikaanse officier van justitie pakte deze kwestie serieus aan en kwam met een lijst van 69 strafbare feiten, waarop een maximale totale straf van 38 jaar gevangenis op staat.
Deze zaak toont niet alleen de onnozelheid van Omar, die zijn neus beter in de boeken had kunnen steken, maar ook de toenemende druk op scholieren in de Verenigde Staten. Wie naar een goede universiteit wil moet hoge eindcijfers hebben, bovendien een grote ambitie bewijzen en een fiks geldbedrag op tafel leggen.
Het is de vraag of Omar de ernst van zijn daden van tevoren heeft ingezien. Een fikse HALT-straf is hier zeker op zijn plaats, maar het zou toch een dol voor woorden zijn als een jongen van 18 daarvoor langdurig zou worden opgesloten.
Erik de Graaf
"Wie niet springt is een homofiel" en ander verbaal supportersgeweld
Om niet weer naar dezelfde reclames te hoeven kijken zapte mijn zoon gisteravond in de rust langs de diverse zenders. Op Veronica werd een sfeerimpressie gegeven. Honderdduizend of misschien wel meer Nederlandse supporters in Basel.
Het was heet. Dertig graden. De Basler Feuerwehr spoot de massa oranjehemden van tijd tot tijd wat koelte toe. Een reporter probeerde wat diepte-interviews uit. “En Jan van Halst. Wat is het mooiste lied dat je gehoord hebt?” De analyticus keek schuin en antwoordde dat dat niet voor televisie geschikt was. Een meisje op een muurtje keek met een geile lach in de camera en spreidde kort haar benen. “Daar moet een piemel in!”, zong een groot oranje koor op de wijs waarop vroeger naar Rome werd gegaan.
Het werd niet minder heet in Basel. Waaghalzen sprongen vanaf een vijftien meter hoge brug in de koele Rijn. “Lijkt mij eng”, zei ik nog vlak voordat Veronica de stemming verhoogde door zelf een “hoogstaand” lied onder de beelden te zetten: “wie niet springt, die is een homofiel”. Walgelijk.
Na de rust walsten de Russen met vlijmscherp voetbal over Oranje heen, zodat we dit soort verbaal oranjegeweld niet meer hoeven aan te horen. De Russen zullen ook wel gekke liedjes hebben, maar die versta ik tenminste niet.
Erik de Graaf
Het was heet. Dertig graden. De Basler Feuerwehr spoot de massa oranjehemden van tijd tot tijd wat koelte toe. Een reporter probeerde wat diepte-interviews uit. “En Jan van Halst. Wat is het mooiste lied dat je gehoord hebt?” De analyticus keek schuin en antwoordde dat dat niet voor televisie geschikt was. Een meisje op een muurtje keek met een geile lach in de camera en spreidde kort haar benen. “Daar moet een piemel in!”, zong een groot oranje koor op de wijs waarop vroeger naar Rome werd gegaan.
Het werd niet minder heet in Basel. Waaghalzen sprongen vanaf een vijftien meter hoge brug in de koele Rijn. “Lijkt mij eng”, zei ik nog vlak voordat Veronica de stemming verhoogde door zelf een “hoogstaand” lied onder de beelden te zetten: “wie niet springt, die is een homofiel”. Walgelijk.
Na de rust walsten de Russen met vlijmscherp voetbal over Oranje heen, zodat we dit soort verbaal oranjegeweld niet meer hoeven aan te horen. De Russen zullen ook wel gekke liedjes hebben, maar die versta ik tenminste niet.
Erik de Graaf