zaterdag 20 maart 2021

Bomans en Wolkers: jubileum op Rottumerplaat

In juli is het een halve eeuw geleden dat de schrijvers Godfried Bomans en Jan Wolkers om de beurt een week op het onbewoonde Rottumerplaat bivakkeerden. Vanuit de Breedenborg bij Warffum sprak de rijzende tv-ster Willem Ruis in 1971 dagelijks voor Hilversum 2 met de avonturiers op het eiland. “Hallo, hier Breede - Over”.

Het werden iconische uitzendingen. De lijdende Bomans klaagde steen en been over de krijsende meeuwen, die hij zelf ruw verstoorde in hun broedseizoen. Na terugkeer in de bewoonde wereld wist hij dat hij “een Haarlemse meneer die langs het strand wandelt” was. De natuurmens Wolkers riep luid dat hij de proviandkist dicht zou laten, maar wilde “leven van wat de Waddenzee aan eetbaars te bieden had.” In 2017 verklapte biograaf Onno Blom dat Wolkers voor vertrek een tekenplank annex “smikkelplank” had getimmerd, waarin hij veertig Braziliaanse sigaartjes, rijst, aardappelpuree en drie pakjes Knorr-kerriesaus had verstopt.

Ondertussen hebben we het nog steeds over Bomans en Wolkers op Rottumerplaat. Komende zomer zullen de media er weer alle aandacht aan besteden. Talloos zijn de aanvragen bij Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat om het project vijftig jaar na dato nog eens dunnetjes over te doen met hedendaagse BN’ers. Staatsbosbeheer legt dan geduldig uit dat Rottumerplaat anno 2021 niet een toegankelijk natuurgebied is. 


Mondjesmaat kunnen media onder begeleiding het eiland bezoeken. Vorige week was de beurt aan drie journalisten van het Dagblad van het Noorden. Daags na een flinke maartstorm scheepten ze in op de Noordster. De boswachter van Staatsbosbeheer, een medewerker van Rijkswaterstaat en ondergetekende als cultuurhistorisch gids namens de Vrienden van Rottum completeerden de expeditie. Het werd een prachtige, zonovergoten dag met veel gesprekken over Bomans en Wolkers op Plaat. Er waren interviews bij Wolkers’ hek met “2x bellen”. We groetten de dode dwergvinvis en herberekenden de plek waar in 1971 de oranje tent van de schrijvers stond. Honderd meter oostelijker dan tot nu toe werd gedacht. Ik kijk al uit naar de artikelen in de krant.

Erik de Graaf

PS: dit stuk staat ook op de website van de Vrienden van Rottum.

dinsdag 16 maart 2021

Tom Poes is tachtig

“Als je daar laarzen in de grond plant, groeien er soldaten uit”, zei Marten Toonder senior in de jaren dertig tegen zijn zoon. Vader Toonder was kapitein op de Rotterdam Zuid-Amerika Lijn. Jarenlang voer hij van Rotterdam naar Hamburg en vandaar weer via Rotterdam naar Buenos Aires. Hij vond Hitlers Duitsland maar een raar land.

Op 16 maart 1941 publiceerde Marten Toonder junior de eerste avonturen van Tom Poes in De Telegraaf. Tom Poes ontdekt het geheim van de blauwe aarde. Hij moet bij het schrijven en tekenen aan het verhaal van zijn vader hebben gedacht. In een groot woud ziet Tom Poes een dwerg een zware zak aarde voortslepen. Zo hulpvaardig als we hem kennen biedt hij assistentie aan, maar de dwerg reageert woest op het aanbod en gaat er vandoor. Tom Poes volgt hem en ziet plotseling een rij lange, magere reuzen uit een spelonk komen, luid zingend in een soort hakenkruizenpas op weg naar het kasteel van de markies van Muizenis om geld en gouden staven te stelen. Tom Poes gaat op onderzoek uit. Hij betrapt de dwerg in de grot bij het toveren. Roerend in een grote schaal zingt hij met valse neusstem:

Wanneer men water doet bij ’t blauwe zand
En daarin grote laarzen plant -
En daarna zachtjes fluit
Dan groeien er vast reuzen uit.

Tom Poes verzint zijn eerste list en weet de slechte reuzen onschadelijk te maken. Door hen tijdens hun slaap de laarzen uit te trekken gaan ze in rook op. Om hun buit eerlijk terug te brengen naar de markies tovert Tom Poes drie goedmoedige reuzen door Hollandse klompen in het blauwe zand te planten en vervolgens zachtjes te fluiten. Precies zoals de dwerg het met de laarzen deed. Aldus overwon de Hollandse goedmoedigheid het in maart en april 1941 van de slechtheid. De klompen tegen de laarzen. Onder de ogen van de Duitse bezetter. Niet voor niets waren de eerste avonturen van Tom Poes razend populair onder de getergde Nederlandse lezers.

De Telegraaf had moeite te kiezen voor de klompen en kwam onder invloed van de Duitse laarzen. In oktober 1944 werd dat Toonder te dol. Midden in een nieuw avontuur van Tom Poes meldde hij zich ziek. Een beetje laat, maar toch. Een bevriende arts schreef in een attest dat de striptekenaar manisch depressief was.

Vandaag wordt de verjaardag van Tom Poes uitgebreid gevierd. Tachtig is ook prachtig.

Erik de Graaf




vrijdag 12 maart 2021

Een uniek paradijsje voor mens en dier


Land in zicht! De Telegraaf heeft de Rottums ontdekt. Vorige week beschreef de krant het noordelijkste stukje Nederland op Rottumerplaat. In de zaterdagkrant van deze week lezen we een verslag van een tocht naar Rottumeroog.

Elk jaar organiseert Staatsbosbeheer ongeveer 25 expedities naar Rottumeroog, te boeken via de site van Staatsbosbeheer. Onder begeleiding van natuurgidsen van Staatsbosbeheer en een keer of tien met een cultuurhistorische gids van de Vrienden van Rottum. Altijd in de twee maanden na het broedseizoen, dus vanaf eind augustus tot half oktober. Verstoring van de natuur moet worden voorkomen, want Oog en Plaat zijn vooral paradijselijk voor dieren. Voor de mens is maar mondjesmaat plaats in dit eldorado.

Het beschreven avontuur van Jolien Strookappe moet al jaren geleden zijn geweest. Op zijn laatst in 2019, want in 2020 zijn alle expedities door de coronaperikelen afgelast. Hoezo afgelast? Met 28 mensen op een onbewoonde eiland moet toch kunnen? Het probleem zit hem vooral in de bootreis naar het eiland toe. Door de ondiepe geulen kunnen alleen kleine scheepjes varen, waarop tien passagiers al niet binnen de regels passen.

Hopelijk gaat het in 2021 weer lukken, maar voorlopig laven we ons aan de reisbeschrijvingen. Het verslag in de Telegraaf gaat overigens vooral over de prachtige boottochten heen en terug. Over de wandeling op het eiland wordt niet gerept.

Erik de Graaf

De foto van de Noordster hoort niet bij de in De Telegraaf beschreven expeditie. Ik maakte hem zelf in 2016. Dit stuk verscheen eerder op de site van de Vrienden van Rottum.