“De DDR
maakt gebruik van kartonnen poppen in de wachttorens langs de vrijwel
ondoordringbare grens met West-Duitsland”. Dat maakte het West-Duitse ministerie van Binnenlandse
Zaken in haar jaarverslag over 1985 bekend. Ik las het zojuist terug in
een berichtje uit een krantenknipselmap uit dat jaar.
Op de honderden wachttorens langs de 1358 kilometer lange Duits-Duitse grens tussen de Oostzee en Tsjechoslowakije werden steeds vaker “kartonnen kameraden” gesignaleerd, terwijl grensbewakers uit vlees en bloed een tiental kilometers oostelijker werden ingezet om potentiële vluchtelingen ruimschoot voor de grens tussen oost en west in de kraag te grijpen. De West-Duitse grenspolitie meldde in 1985 dan ook slechts dertig geslaagde vluchtpogingen van oost naar west (daaronder acht Oost-Duitse soldaten).
De kartonnen kameraden waren al veel langer actief in de verdediging van het Oost-Duitse vaderland. Ze waren echter hun leven niet zeker. In zijn dichtbundel Pappkameraden uit 1981 herinnerde de Oost-Duitse dichter-dissident aan zijn diensttijd in de Nationale Volksarmee, het leger in de DDR:
Op de honderden wachttorens langs de 1358 kilometer lange Duits-Duitse grens tussen de Oostzee en Tsjechoslowakije werden steeds vaker “kartonnen kameraden” gesignaleerd, terwijl grensbewakers uit vlees en bloed een tiental kilometers oostelijker werden ingezet om potentiële vluchtelingen ruimschoot voor de grens tussen oost en west in de kraag te grijpen. De West-Duitse grenspolitie meldde in 1985 dan ook slechts dertig geslaagde vluchtpogingen van oost naar west (daaronder acht Oost-Duitse soldaten).
De kartonnen kameraden waren al veel langer actief in de verdediging van het Oost-Duitse vaderland. Ze waren echter hun leven niet zeker. In zijn dichtbundel Pappkameraden uit 1981 herinnerde de Oost-Duitse dichter-dissident aan zijn diensttijd in de Nationale Volksarmee, het leger in de DDR:
In Dezember
neunundsiebzig
In einem Wald
bei Plauen im Vogtland
Schoβ ich zum
ersten Mal
Mit scharfer
Munition
Auf
Pappkameraden
So nannten
wir sie: Pappkameraden
Sie kippten
um
Oder blieben
stehen
Und hinterher
wurden die Löcher wieder zugeklebt
Mit schwarzer
Folie
Jürgen
Fuchs was al jong een criticaster van het DDR-regime. Vlak na de onderdrukking
van de Praagse Lente in 1968 moest hij in de DDR in militaire dienst. Het bleek
een bron voor gedichten en romans, waarin hij met grote precisie de
vernederingen en de kadaverdiscipline beschreef. De ervaringen maakten hem ongeschikt
voor een onderdanig DDR-leven. In 1976 werd hij gearresteerd na protesten tegen
de gedwongen uitburgering van de zanger Wolf Biermann (op de foto staat Fuchs helemaal rechts naast Biermann). Een jaar later werd hij
vanuit de Oost-Duitse gevangenis naar West-Berlijn vrijgelaten.
Erik
de Graaf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten