Onlangs schreef ik een stukje over een in Dresden geborenWarffumer. Op zijn twaalfde keerde hij met zijn ouders naar Nederland terug. Het
was 1949. In de Tweede Wereldoorlog had hij door de difterie een
gehoorbeschadiging opgelopen.
Teruggekeerd in het Noord-Groninger land van zijn vader moest
hij naar een Warffumer basisschool. Zonder dat hij al te veel Nederlands
verstond, laat staan Gronings. Door zijn taalachterstand en zijn gehoorprobleem
werd hij een klas lager geplaatst dan zijn leeftijdsgenoten.
Zijn nieuwe klasgenoten bekeken de vreemdeling met
belangstelling. Hij is doof, riepen ze. Zo hard blijkbaar dat de Dresdner Warffumer het wel hoorde. Maar verstaan is iets anders. Huilend riep hij terug dat hij "nicht doof" was. Hij verstond "doof" als een Duits woord met "dom" als betekenis.
Falsche Freunde: woorden die in het Duits en het Nederlands hetzelfde klinken, maar een heel
andere betekenis hebben. Dat kan tot
lelijke misverstanden leiden. Dat de
nieuwe klasgenoot doof was hadden de Warffumer kinderen goed door. Het duurde
even voordat de nieuweling doorhad dat ze niet bedoelden dat hij dom was. Inmiddels kan hij erom lachen.
Erik de Graaf
1 opmerking:
Het blijft mij steeds verwonderen dat er mensen zijn die gaan schreeuwen bij een taalprobleem.
Elkaar niet verstaan blijft verschillen met elkaar niet horen.
Maar goed dat zelfde probleem hebben sommigen ook met het mobiel telefoneren .......
Vriendelijke groet,
Een reactie posten