Eind mei 1994 diende voor de rechtbank in Groningen de zaak-Boomsma. De schrijver Graa Boomsma had in maart 1992 in het Nieuwsblad van het Noorden een vergelijking getrokken tussen de daden van de Nederlandse soldaten in Indonesië tussen 1945 en 1950 en de SS-praktijken uit de Tweede Wereldoorlog. Citaat:
"Kort na de oorlog schreven de communisten: 'Maak van onze jongens geen SS'ers'. Ik denk dat dat weerspiegelt wat er aan de hand was. Ze waren geen SS'ers, nee, ook al konden ze door de dingen die ze deden er wel degelijk mee vergeleken worden. Maar ze werden ertoe gedreven. Schoten ze niet, dan liepen ze de kans door een meerdere te worden neergeschoten. 'Befehl ist Befehl', de ondergeschiktheid is de ziel van de militaire dienst."
Oud-Indiëstrijder Lodewijk Buma voelde zich door deze passage in zijn eer en goede naam aangetast. Reden voor hem om Boomsma en de interviewende journalist wegens smaad aan te klagen. Hij werd uiteindelijk vrijgesproken, omdat de rechter in Boomsma’s uitlatingen geen belediging van bepaalde, concrete personen kon zien. Bovendien stonden de omstreden opmerkingen volgens de rechter niet op zichzelf, maar vervulden ze een functie in de context van het kranteninterview en Boomsma’s roman De laatste tyfoon. Aldus de rechter.
De begin 1992 verschenen roman De laatste tyfoon ging over de zoektocht van een zoon naar het Indische oorlogsverleden van zijn vader. Het verhaal was gebaseerd op autobiografische gegevens van de schrijver, want Boomsma's vader was één van de 120.000 in de jaren 1945-1949 naar de Oost verscheepte Nederlandse soldaten. Na dit basisgegeven moest de schrijver al snel op de fictie overstappen, want zoals zoveel oud-Indiëstrijders had ook Boomsma senior thuis weinig over zijn Indië-ervaringen losgelaten. Boomsma wilde met zijn pen “een gaatje wrikken in de muur van het verleden”.
De ik-persoon, de zoon, presenteert zich in het verhaal als historisch onderzoeker in archieven en op locatie in Indonesië. De roman beschrijft het verloop van de bittere strijd, die door de Nederlanders nogal verhullend “politionele acties” werd genoemd en door de Indonesiërs “onafhankelijkheidsoorlog”. Boomsma beschreef helder dat in die situatie door beide partijen gruweldaden zijn gepleegd. Net als in het interview in het Nieuwsblad wordt ook in de roman regelmatig naar de Tweede Wereldoorlog verwezen. De verloofde van de vader in de roman herkende bij een voorlichtingsbijeenkomst in een Nederlandse kolonel een Duitse soldaat met de twee bliksemschichten op de helm. Haar verloofde had in de Tweede Wereldoorlog een illegaal blaadje rondgebracht, de 'Typhoon' , en was daardoor in het concentratiekamp Amersfoort terechtgekomen. Kortom: de ene oorlog was afgelopen, de volgende kon beginnen. Van het Europese strijdtoneel ging het naar de Oost.
Erik de Graaf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten