zaterdag 15 november 2014

Honderd mark begroetingsgeld retour


In het weekend na de val van de Muur in 1989 reisde ik naar Berlijn. Ik moest van dichtbij zien hoe de ossies het westen veroverden. Ik ontmoette mijn Oost-Berlijnse vrienden voor het eerst in West-Berlijn. In het Kuckucksei, een kroeg in de Kreuzberger Wrangelstraβe. Het waren emotionele momenten.

Het was ook vervreemdend om in Berlijn te zijn. Om duizenden Oost-Duitsers over de Oberbaumbrücke richting Kreuzberg te zien lopen. Aan het eind van de brug, net op West-Berlijnse bodem, was provisorisch een kantoor ingericht waar de gasten uit het oosten hun Begrüβungsgeld konden incasseren. Voor iedere ossie had de bondsregering honderd harde West-Duitse marken (omgerekend 50 euro) klaarliggen om de hoogste nood te lenigen.

Het Begrüβungsgeld kwam voort uit de zogenaamde Ostverträge van bondskanselier Willi Brandt met de DDR uit 1970. Die zorgden weliswaar voor iets meer reismogelijkheden (van vooral ouderen) uit het oosten naar het westen, maar die Oost-Duitsers mochten van hun regering maximaal 70 Oost-Duitse marken mee op reis nemen. De West-Duitse regering stelde voor alle Duitsers uit de DDR en de voormalige Duitse gebieden in Polen een bedrag van 30 mark (15 euro) per persoon beschikbaar, dat tweemaal per jaar in de Bondsrepubliek kon worden opgestreken.

Toen de DDR het bedrag dat haar onderdanen naar het westen mochten meenemen in 1987 van 70 mark terugbracht tot 15 verhoogde West-Duitsland het Begrüβungsgeld tot 100 mark jaarlijks. In 1988 werd 260 miljoen mark uitbetaald aan Oost-Duitse reislustigen. Dat bedrag werd ook voor 1989 begroot. Door de Val van de Muur liep dat bedrag alleen al in november en december 1989 op tot naar schatting 3 á 4 miljard mark.


Anna Thalbach, actrice en presentatrice, biechtte vorige week tijdens de feestelijke viering van de val van de Muur in het Schauspielhaus aan de Gendarmenmarkt in Berlijn op dat ze het begroeitngsgeld tweemaal had geïncasseerd, omdat er in de drukte in de dagen na 9 november 1989 bij de eerste keer geen stempel in haar paspoort was gezet. Ze bood in hoog gezelschap aan de vijftig euro nu terug te betalen.

Erik de Graaf

dinsdag 11 november 2014

Mauerfest Berlijn: nu alle andere muren nog


Altijd weer naar Berlijn. Vanaf afgelopen donderdag liep ik er weer een lang weekend rond. Speciaal voor de herdenking van de Val van de Muur op 9 november 1989, op uitnodiging van mijn vrienden uit de oude DDR-oppositie.

Vrijdagavond was ik bij de officiële opening van de herdenkingsfestiviteiten bij de Marschallbrücke over de Spree bij de Rijksdag. De Berlijnse burgemeester schakelde daar een Lichtgrenze van achtduizend ballonnen in, die drie dagen het verloop van vijftien kilometer voormalige en grotendeels verdwenen Berlijnse Muur verlichtten. Na een korte wandeling langs de Spree voer ik als gast van de organisatoren van de Lichtgrenze met een boot van het nieuwe Hauptbahnhof naar de Oberbraumbrücke, die tot 1989 de Oost-Berlijnse wijk Friedrichshain van het West-Berlijnse Kreuzberg scheidde.

De Lichtgrenze verlichtte het vroegere verloop van de Berlijnse Muur sprookjesachtig. Dat was in enorme tegenstelling tot de kale, grauwe en mensonterende werkelijkheid van voor 1989. Vooral in de buurt van de Brandenburger Tor is de historische situatie door de bouw van het nieuwe Regierungszentrum onherkenbaar veranderd. Aan de rauwe historie werd alleen nog herinnerd door honderd vitrines met net zoveel verhalen over de geschiedenis van de Muur. Op diverse plekken langs de Muur werd dit weekend een indrukwekkende film vertoond over veertig jaar Duitse deling. Bijna nog indrukwekkender was het om met de rug naar het scherm het ademloze publiek te bekijken. Jong en oud staarden verbijsterd naar de film.


Zaterdagavond voerden mijn vrienden uit de Oost-Duitse oppositie gasten uit de hele wereld langs historische plekken van de Koude Oorlog. In mijn groepje liep de Amerikaanse astronaut Ron Garon mee, die Europa in 2011 zes maanden vanuit het ruimtestation ISS bekeek. Toen Tom Sello vertelde dat hij en ik elkaar in 1982 als War Resisters over de Muur heen hadden ontmoet keek de F-16-piloot uit de tweede Golfoorlog even raar op. De Vredesnobelprijswinnaar Mohammed Yunus (van de microkredieten) reageerde een stuk enthousiaster. Overigens hield Yunus tijdens een “goede, maar weinig voedzame maaltijd” (zo schijnt het te horen op dat niveau) een pleidooi om delen van de Muur opnieuw op te bouwen om de jeugd te tonen waarom landen, volken en families nooit meer door zo’n obstakel gescheiden mogen worden. Hij hekelde de haast van de Duitsers om de Muur bijna volledig af te breken. 

Aan het slot van de "karige" sterrenmaaltijd hoorde ik dat ik zondagavond tijdens het grote Muurfeest vanaf het grote podium bij de Brandenburger Tor één van de achtduizend ballonnen van de Lichtgrenze mocht oplaten. Zo liep ik tussen een twintigtal DDR-oppositionelen achter onder andere Gorbatsjov, bondspresident Gauck en Walesa het podium op om samen met de dertienjarige Sofi uit Berlijn-Friedrichshain een ballon met een boodschap op te laten. Mijn boodschap was dat “nu alle Muren maar eens tegen de vlakte moeten, zowel de materiele muren als de muren in onze hoofden, zodat de vrijheid ALLE mensen gaat verbinden”. De val van de Muur heeft een gure Koude Oorlog beeindigd, maar daarmee is helaas nog lang niet alle ellende uit de wereld verdreven. Hopelijk kunnen we “Mut zur Freiheit” (de leus van het feest bij de Brandenburger Tor) ook in andere delen van de wereld opbrengen.

Het was een bijzonder weekend in Berlijn. Nu maar weer even gewoon doen.

Erik de Graaf

maandag 3 november 2014

Egon Krenz: verdorven grijsaard


De Rijksuniversiteit Groningen herdenkt de Val van de Berlijnse Muur en nodigde Egon Krenz uit als hoofdgast. Pijnlijk. Vanavond sprak de laatste DDR-leider in het Academiegebouw in Groningen over veertig jaar DDR-dictatuur en het einde van zijn staat. Ik was er niet bij, had er geen zin in, maar begrijp uit eerste reacties dat Krenz weer “ouderwets” op dreef was:

“Teleurstellend verhaal - geen afstand, geen reflectie, alleen maar een ... een nieuwe muur van halve waarheden rond zijn eigen functioneren. Krenz heeft namelijk nooit een fout gemaakt”, schreef Joost Eskes me vanavond al.

Een week of zeven was Krenz slechts de hoogste DDR-leider, van half oktober tot begin december 1989. Het aantreden als opvolger van de uitgerangeerde Erich Honecker veroorzaakte angst in de periode van vreedzame protesten in de DDR. De demonstranten herinnerden zich dat Krenz begin oktober nog te gast was bij het 40-jarige jubileum van de Volksrepubliek China, waar net de vier maanden eerder de bloedige slag op het Plein van de Hemelse Vrede had plaatsgevonden.  De demonstranten vreesden voor een “Chinese oplossing” in Oost-Duitsland.  

In de jaren negentig werd Krenz veroordeeld tot zesenhalf jaar gevangenisstraf voor zijn rol als “Schreibtischtäter” bij moorden aan de grens tussen de twee Duitslanden. Veel berouw van zijn politieke carrière heeft Krenz nooit getoond. Vanavond in Groningen  dus ook niet, begreep ik.

De kritische Wolf Biermann wijdde op een legendarisch concert in december 1989 in Leipzig een strofe aan Egon Krenz in zijn “Ballade von den verdorbenen Greisen”:

Hey Krenz, du fröhlicher kalter Krieger
Ich glaub dir nichts, kein einziges Wort
Du hast ja die Panzer in Peking bejubelt
Ich sah dein Gebiss beim Massenmord
Dein falsches Lachen, aus dir macht Fritz Cremer
Ein Monument für die Heuchelei
Du bist unsre Stasi-Metastase
Am kranken Körper der Staatspartei

Wir wollen dich nicht ins Verderben stürzen
du bist schon verdorben genug
Nicht Rache, nein, Rente!
im Wandlitzer Ghetto
und Frieden deinem letzten Atemzug

Meezingen met Biermann kunt u door boven de tekst op de link te klikken. Zing mee uit volle borst!

Erik de Graaf

PS: vijf jaar geleden schreef ik ook een stukkie over Krenz.- de foto is van Siegfried Wittenburg

zaterdag 1 november 2014

Grensgeval: Stasi-spion Rudolf Ritter en het verdwenen diarolletje


Op 21 juni 1985 fotografeerde ik in de woning van mijn Oost-Berlijnse vriend Uwe een tiental pagina’s van een discussiestuk over de onafhankelijke vredesbeweging. Het diarolletje zou in West-Berlijn worden ontwikkeld om de teksten vervolgens uit te typen, te vermenigvuldigen en te verspreiden onder deelnemers aan enkele vredeskampjes in Tsjechoslowakije.

Mijn herinnering aan die warme zomerdag zou diep zijn weggezakt als ik niet zes jaar later in mijn Stasidossier zou hebben gelezen dat Uwe kort na mijn vertrek naar West-Berlijn bezoek had gekregen van Sinico Schönfeld, die de laatste tijd vaak belangstelling toonde voor contacten van onafhankelijke Oost-Duitse vredesgroepen met vredesactivisten uit West-Duitsland en Nederland.

Jaren later bleek dat Sinico Schönfeld onder de schuilnaam Rudolf Ritter voor de Oost-Duitse geheime dienst Stasi had gespioneerd. Eerst had hij zich moeten bewijzen, maar in 1983 raakte de Stasi overtuigd van Schönfelds “goede inborst”. “De door de informant verzamelde informatie leidde tot verhindering van een onwetmatige vluchtpoging uit de DDR en tot de arrestatie van twee personen”, zo staat het in een Stasi-analyse van Schönfelds activiteiten.

Vanaf september 1983 was Schönfeld volwaardig Stasi-informant. Hij bespioneerde de Umweltbibliothek in Oost-Berlijn en vele oppositiegroepen zoals de Initiative für Frieden und Menschenrechte. Hoe diep Schönfeld in de DDR-oppositie kon infiltreren blijkt uit het feit dat hij in 1988 in een onbewaakt ogenblik een dagboek van de Oost-Duitse dissidente Bärbel Bohley kopieerde met apparatuur van de weduwe van dissident Robert Havemann. Of in Stasitaal: “Unter Ausnutzung einer günstigen Situation fotokopierte er das “England-Tagebuch” von Bärbel Bohley”.


Op die mooie zomerdag in juni 1985 hoorde spion Rudolf Ritter dat ik kort voor zijn komst het Oost-Duitse discussiestuk had gefotografeerd “om het uit de DDR te smokkelen met als doel het te verspreiden in het NSA” (Stasi-afkorting voor: niet-socialistisch buitenland). In een Stasi-rapport van 1986 lees ik verder dat de afdeling HA (Hauptabteilung) VI, afdeling Recherche bij navraag bevestigde dat De Graaf die dag naar Oost-Berlijn was gekomen, maar ook alweer vroeg via Bahnhof Friedrichstrasse was uitgereisd. Met andere woorden: ze waren te laat om mijn diarolletje te onderscheppen.

Erik de Graaf