zaterdag 15 september 2012

Verliezen is gezond. Nou ja, hopelijk!

Het was woensdag een droeve dag voor mijn ex-partij, waarop ik met tegenzin toch mijn stem had uitgebracht. Van tien naar vier zetels. Een vernietigende nederlaag, die niet onverwacht kwam, maar al tijden door opiniepeilingen werd aangekondigd.

Soms hebben grote nederlagen een louterende werking. Een commissie onder leiding van Andrée van Es gaat de oorzaken van de electorale teruggang van GroenLinks onderzoeken. In allerlei analyses worden tal van oorzaken genoemd. Aan de boodschap en aan de politieke leider van GroenLinks kan het niet liggen, begrijp ik ook uit een verklaring op groenlinks.nl. De vraag is of dat klopt. Sinds de laatste succesvolle verkiezingen zijn enkele cruciale ideologische en strategische blunders gemaakt, die een sterk politiek leider niet had mogen laten gebeuren.

Om te beginnen was er de wisseling van de wacht in december 2010. Vrij onverwachts trok Femke Halsema zich terug uit GroenLinks om, zo luidde in mijn herinnering het belangrijkste argument, haar opvolgster Jolande Sap zich in alle rust op de volgende verkiezingen te kunnen laten voorbereiden. Ruim een half jaar eerder had het verkiezingscongres Femke toegestaan de verkiezingskar nog een keer te trekken, hoewel dat statutair niet nog een periode mocht. Zo’n dispensatie verleen je eigenlijk niet voor een half jaar. In feite was het ook een vorm van kiezersbedrog, want 628.096 kiezers hadden op 9 juni 2010 hun vertrouwen in Femke uitgesproken. Voor Jolande Sap was dit achteraf de slechtst mogelijke overdracht van het partijleiderschap.
Als verse partijleider was Jolande Sap bovendien met een onmogelijk dossier opgescheept: de (militaire) politiemissie naar Kunduz, die voortvloeide uit een motie van GroenLinks en D66 uit het voorjaar van 2010. De partijraad stemde tegen GroenLinkse medewerking aan de missie. Erg veel leden waren uitermate kritisch, maar hun adviezen werden in de wind geslagen. Dat was een strategische blunder van de fractie onder leiding van Jolande Sap. Ze had veel ellende kunnen voorkomen als ze toen tot een NEE had besloten. GroenLinks had door de medewerking aan de politiemissie voor veel leden en kiezers afscheid genomen van een traditioneel linkse pacifistische of antimilitaristische koers. De fractie stond mijlenver van haar politieke achterban. Overal in het hele land leidde deze kwestie tot emotionele discussies. In Groningen heb ik GroenLinksers van het eerste uur (en van ver daarvoor!) zwaar teleurgesteld hun lidmaatschap zien opzeggen. Toen de rust enigszins was teruggekeerd heb ik in april 2011 mijn ontslagbriefje aan het partijbureau gestuurd.

Na de val van het Kabinet-Rutte mochten de D66, de ChristenUnie en GroenLinks de rommel met de restkabinet van VVD en CDA opruimen. De gretigheid van GroenLinks heeft me indertijd verbaasd. Ik erken dat GroenLinks een aantal mooie groene, duurzame punten in het Lente- of Kunduz-akkoord heeft laten opnemen. De vraag is alleen of ze in de komende formatie overeind blijven. Tegenover die goede punten staan echter ook de foute punten, die door het akkoord aan GroenLinks zijn blijven kleven, want strikt genomen heeft de partij door het akkoord ook de verantwoordelijkheid op zich genomen voor langstudeerboetes, BTW-verhoging, permanente verlaging van de overdrachtsbelasting op huizen, afschaffing van de OV-reiskostenvergoeding en andere ongein. De wens om ooit mee te regeren won het mijns inziens van het gezonde politieke inzicht.
Strategische politieke blunders hebben GroenLinks electoraal de das omgedaan. De kwesties rond Tofik Dibi en Ineke van Gent waren direct of indirect een gevolg van de onvrede met de politieke koers en de politieke leiding, die uiteraard uitvergroot werden doordat de partij toch al in een neerwaartse spiraal zat. Kiezers zijn massaal weggelopen omdat ze zich niet meer politiek vertegenwoordigd voelden. Dat was al maanden ingezet. Al weken duidden peilingen op vier á vijf zetels. Door de zuigende werking van de tweestrijd tussen Samsom en Rutte kon GroenLinks in de laatste week nauwelijks nog zetels verliezen. Ik ken veel GroenLinksers die met veel tegenzin op hun eigen partij gestemd hebben en gebruikelijke GroenLinksstemmers, die dat niet meer over hun hart konden verkijgen.  

Hopelijk komt de Commissie Van Es binnenkort met een heldere analyse. De verkiezingsnederlaag heeft alleen maar nut als ze leidt tot herbezinning op de uitgangspunten van groene en linkse politiek met stevige systeemkritiek. Terug naar de politieke roots. Het is de vraag of dat met Jolande Sap als politiek leider kan. De partijtop leek mij wat voorbarig met de blijdschap over “besluit van Jolande Sap” om aan te blijven.
Erik de Graaf

dinsdag 11 september 2012

"De kiezer met zijn nuchtere verstand"


Turbulente verkiezingscampagnes zijn van alle tijden. Vooral de campagne van 1956 was berucht om het harde karakter. Vier jaar eerder, bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1952, streden de PvdA en de KVP misschien nog wel “nek-aan-nekker” dan morgen de VVD en de PvdA. Zowel de sociaaldemocraten als de katholieken behaalden indertijd 30 zetels in een parlement met nog 100 zetels. Pas in 1956 werd de Tweede Kamer tot 150 leden uitgebreid.

De PvdA won in 1952 nipt van de KVP. Fotofinish: 28,9 tegen 28,6 procent. Het was een historische overwinning, want de sociaaldemocraten werden voor het eerst in de geschiedenis de grootste partij van Nederland. Willem Drees kreeg daarmee opnieuw de positie van minister-president, een functie die hij overigens al vanaf 1948 vier jaar als kleinere oppositiepartner had vervuld.

Een jaar later, in 1953, moest de PvdA haar rol als grootste partij verdedigen bij de gemeenteraadsverkiezingen. De retoriek spatte van de campagnes. Het ging in de jaren vijftig lang om Doorbraak (van confessionelen naar de PvdA) versus Katholieke Eenheid. In die verkiezingsstrijd was voor die tijd veel geoorloofd. Onlangs vond ik in de socialistische krant Het Vrije Volk van 30 mei 1953 een gedichtje over de felle propagandastrijd, die uiteindelijk was beslecht "door de kiezer met zijn nuchtere verstand":

NA DE PROPAGANDA

Ze mogen rustig zeggen wat ze willen.
Ze mogen het desnoods ónrustig doen.
Ze mogen al hun scheldwoorden verspillen,
Gerust aan dreigementen zich vertillen
En spotten met het simpelste fatsoen –

Ten slotte wordt het antwoord toch gegeven
Door iemand met een potlood in zijn hand
Die altijd nog zijn zin heeft doorgedreven,
Die wéér een stuk historie heeft geschreven:
De kiezer met zijn nuchtere verstand.


Je zou toch heimwee krijgen naar die kiezer met nuchter verstand.

Erik de Graaf

maandag 10 september 2012

Ik zweef, maar waarheen?

Toen ik in 1977 voor het eerst mocht stemmen maakte ik een hokje onder de PPR-lijst rood. Daarna stemde ik tot 1989 op de PSP. Vervolgens trad het GroenLinkse tijdperk aan. Als actief partijlid en gemeenteraadslid in Eemsmond twijfelde ik geen moment aan wie ik mijn stem moest geven.
 
In april 2011 zegde ik mijn lidmaatschap van GroenLinks op, nadat de Tweede Kamerfractie instemde met de militaire politiemissie naar Afghanistan. De keuze voor de missie naar Kunduz was niet mijn enige punt van onvrede, maar wel de plens water die de emmer deed overlopen. De vrijages met het politieke midden en het lonken naar regeringsverantwoordelijkheid zinden mij al jaren niet, omdat ze naar mijn mening ten koste gingen van een principieel groen en vooral links geluid. De partijtop vervreemdde zich van haar basis.

De laatste maanden voel ik een soort electorale verwarring. Ik zweef, maar weet niet waarheen. Als partijloos kiezer heb ik ineens 22 partijen om op te stemmen, maar al bij globale beschouwing valt de overgrote meerderheid af. En bij zorgvuldiger bestudering blijft er uiteindelijk toch maar weer één partij over. Het meest groen, progressief en links, ondanks de verwatering. De PvdA is teveel een middenpartij geworden, die minstens zo hard naar rechts is opgeschoven als GroenLinks. En van de SP staan de partijcultuur en de Europa-standpunten me niet aan. Ondanks al mijn bezwaren en mijn kromme tenen zweef ik toch weer naar GroenLinks.

Het ziet ernaar uit dat de verkiezingen van woensdag tot een grote nederlaag voor GroenLinks zullen leiden. Ik hoop dat zes zetels (als die al gehaald worden) niet als een winst van twee ten opzichte van de laatste opiniepeilingen worden bejubeld, maar als een zware nederlaag van vier zetels. Ik hoop ook dat zo’n nederlaag leidt tot een herbezinning op de uitgangspunten van groene en linkse politiek. Alleen dan heeft een nederlaag nut.

Erik de Graaf